Donderdag 27 juli

Om 7:00 uur sta ik op na een goede nachtrust. Ik zorg dat ik de reistas na het douchen en aankleden op orde heb zodat hij op de motor kan. Het regent echter, dus ben ik van plan om vanmorgen met alle bagage in één keer naar de motor te lopen. Hij staat gelukkig droog in de garage.
Voor het ontbijt kun je hier al heel vroeg aanschuiven, dus hoef ik niet te wachten tot acht uur. Het is net na half acht wanneer ik een tafel kies die voor een persoon gedekt is. De vriendelijk gastvrouw is ook vandaag weer goed gehumeurd. Ik krijg groene thee en de rest staat als buffet tot mijn beschikking. Op het moment dat ik ga zitten zit er nog maar één andere gast en een dame verschijnt even later. Drie eenlingen die onder het ontbijt met hun eigen zaken bezig zijn.
Nadat ik voldoende heb ingenomen, loop ik naar mijn kamer om de tanden te poetsen en nog gebruik te maken van het toilet. Ik moet straks ongeveer twee uren sturen voordat ik bij Annemiek ben, ook moet ik in die twee uren nog tanken en het staat te gieten van de regen.
Ik breng de sleutel terug en betaal de kamer met vijf euro extra, omdat ik zo blij ben dat haar man me gisteren met de auto wegbracht en dat de motor nu zo mooi droog staat. We nemen afscheid, maar ze waarschuwt dat ze uit het raam blijft kijken of de garage wel van het slot is. Haar man zou dat doen, maar het regent, dus is ze er niet zeker van. Of ik even wil laten weten of ik er in kan. Bij de garage blijkt dat hij nog op slot is, dus gebaar ik in de richting van haar dat ik er niet in kan. Onmiddellijk komt ze aangesneld met de sleutels en verhelpt het euvel.
Op mijn gemak bevestig en installeer ik mijn spullen op de motor. Pas als ik in mijn knalgele regenoverall geheel gereed ben om weg te rijden, duw ik de motor naar buiten. Ik druk de garagedeur dicht en rijd weg het dorp uit, richting het westen. Eigenlijk rijd ik globaal in een lijn naar het adres van Annemiek en haar man in de buurt van Schmallenberg in het Sauerland. Het regent pijpenstelen dus pas ik mijn snelheid aan. Sommige automobilisten vinden het te traag, maar zij hebben dan ook twee wielen meer dan ik. Ondanks de regen is het een mooie route naar Schmallenberg. Vanaf die plaats moet ik de binnenlanden in begreep ik van Annemiek. Ik volg gewoon MyRouteApp, want ik heb hun adres in de route gezet, dus zou het goed moeten gaan. Onderweg tank ik de motor nog een keer vol.
Het is toch verder dan ik dacht vanaf Schmallenberg, maar ten slotte kom ik toch in de buurt van het aangegeven adres. Ik moet rechtsaf slaan een smal weggetje omhoog in. Ik kies het meest rechtse weggetje dat even later onverhard blijkt te zijn en ook de navigatie geeft aan dat ik fout zit. Het paadje is te smal om te keren dus moet ik een keer of “vierentwintig” heen en weer steken voordat ik gedraaid ben. Als ik weer op de verharde weg sta, met klotsende oksels van de spanning van het keren op het steile onverharde pad, kies ik de smalle asfaltweg in de hoop dat ik niemand tegenkom. Op het moment dat ik op het juiste adres zou moeten zijn (het is nog net geen elf uur), sta ik voor een grote boerderij waar de hond al aangeslagen is door mijn bezoek. Een fractie later zie ik Annemiek het tuinhek openen van een tuinpad iets verderop.
Ah, daar is het dus. Ze wijst me hun parkeerplaats aan, die niet echt geschikt is om de motor op zijn standaard neer te zetten, maar op de weg kan ik hem ook niet laten staan. Ik beoordeel of hij niet wegglijdt als ik hem op zijn standaard laat zakken en stap dan heel voorzichtig af. Ik denk niet dat iemand het in zijn hoofd haalt om mijn motor hier, in dit afgelegen oord, met dit weer, te komen stelen. Alleen het stuurslot lijkt me voldoende. Slechts de tanktas neem in mee, want dan kan ik mijn telefoon weer opladen.
Ik word hartelijk ontvangen door Annemiek en even later door haar echtgenoot Albert, terwijl ik kletsnat hun eigendom betreed. Gelukkig hebben ze een soort overkapping, waar ik mijn regenoverall te drogen hang en mijn natte helm en handschoenen achterlaat. Ik krijg een stoel aangeboden voor de openhaard die lekker staat te branden. Annemiek en Albert vertellen over het huis en hoe ze hier regelmatig wonen en ik vertel over mijn belevenissen onderweg.
Albert heeft gebak en voor de lunch broodjes gehaald bij de bakker, speciaal omdat ik op bezoek zou komen. Ik krijg er koffie bij, maar de tijd vliegt als het gezellig is, dus is het ook zo weer tijd om te gaan. Ik mag niet weg zonder een paar broodjes gegeten te hebben, die Annemiek klaar gemaakt heeft. Het is omstreeks half een dat ik mij weer in de regenwerende kleding hijs en afscheid neem van Annemiek en Albert. Het was erg gezellig, maar ik moet nog een stuk rijden en het regent nog steeds.
Annemiek neemt nog een paar foto’s die ze later naar me opstuurt via WhatsApp. Vanaf dit adres gaat de route pal noord naar Autobahn 46 die ik bij Freienöhl op schiet. Ik voeg in, maar schrik dan omdat ik door het opspattende regengordijn van deze betonbaan niet verder kan kijken dan een meter of vijftig. Daar blijken sommige Duitse automobilisten geen last van te hebben!?! Ik pas direct mijn snelheid aan en ga geheel rechts rijden. Van de 46 stap ik over naar de 2 en daarvoor moet dan een stukje van ca. 10 km binnendoor rijden. Van de 2 stap ik dan weer over naar de 1, die me verder naar het noorden brengt. Voorbij Werne rijd ik dan weer binnendoor “bovenlangs” het Roergebied. Via Olfen, waar ik een korte pauze inlas om even een paar slokken te drinken, rijd ik via Borken en Bocholt. Bij die laatste plaats, tank ik de motor nog even vol voor de relatief lage literprijs voor E5 benzine, zodat ik daarna in één streep naar huis kan rijden.
De route gaat dan via Gendringen, waar ik Nederland inrijd, tot Didam. Net daarvoor neem ik de snelweg A12, die ik gebruik tot afslag Ede-oost. Via de Ginkelse heide en Lunteren rijd ik terug naar huis, waar ik omstreeks half zes arriveer.
Nu is het zaak om de auto aan de kant te zetten om de motor in de garage te kunnen krijgen. Om de auto te kunnen verplaatsen moet ik de sleutel hebben van de achterdeur, want de autosleutel ligt binnen. Maar waar heb ik de sleutel van de achterdeur gelaten? Ik ga er vanuit dat ik die, na het afsluiten van de achterdeur, terug heb gelegd in de sleutelkluis. Maar wanneer ik die open, zit er geen sleutel in. Dan moet ik de sleutel meegenomen hebben, maar waar heb ik die dan gelaten? Ik kieper de rugtas en de tanktas leeg, maar geen sleutel.
Dan maar mijn paps bellen of hij zo vriendelijk zou willen zijn om de sleutel, die hij van mijn achterdeur heeft, te komen brengen. Want anders moet ik weer op de motor stappen, terwijl ik al het een en ander uitgepakt heb, hetgeen half in de regen ligt. Een paar minuten later heeft hij de sleutel gebracht en kan ik verder met het stallen van de motor en het uitpakken van mijn spullen. Ik heb echter afgesproken dat ik om half zeven bij mijn vrienden Bertus en Lian, zou dineren en dat ga ik zo nog net halen, maar dan heb ik geen tijd om me om te kleden. Wel trek ik een gewone broek aan en een regenjas.
Wanneer ik mijn zakken van de motorbroek leeg maak, komt daar ook de Secrid (bankpashouder) te voorschijn. Zou ik de sleutel daar misschien in gedaan hebben, ruim twee weken geleden? En ja hoor, de sleutel is weer terecht. Het eerste wat ik dan doe is de sleutel terugleggen in de sleutelkluis, voordat ik dat vergeet en de volgende keer weer mijn paps moet bellen.
Terug thuis na een heerlijke Indische maaltijd, heb ik alleen nog zin om mijn Franse les te doen. Het verhaal komt morgen wel.
Ik moet postuum nog wel mijn excuses maken aan Paulette: ik weet nu waarom ze het liefst vóór het weekend thuis wilde komen, wat een bende heb je als je thuiskomt en het moet allemaal ook nog gewassen en opgeruimd worden…