Duitsland juli 2019 solo motor

Zaterdag 13 juli (t/m vrijdag 19 juli)

De motor, een BMW R1200GS uit 2011, heb ik gisteravond al startklaar gemaakt. Bijna alles wat ik komende week mee wil hebben, is in de motorkoffers opgeborgen, dus ik hoef me niet te haasten als om 6:30 uur de wekkerradio begint te spelen.

Ik ga me wassen en aankleden, Paulette maakt het ontbijt dat we samen op ons gemak eten.

Daarna de tanden poetsen en ten slotte de toilettas samen met de laptop in mijn kleine rugzak in één van de zijkoffers van de motor stoppen. Om kwart voor acht heb ik mijn Garmin Zumo 590 navigatieapparaat en MyRouteApp Navigation op mijn telefoon gestart en neem ik afscheid van mijn lieftallige echtgenote. Dit keer ga ik een week solo op de motor. Het wordt wel een andere tocht dan dat we gepland hadden, want het idee was dat ik Paulette komende donderdag in Bielefeld zou treffen samen met onze vrienden Bram en Wilma. We zouden de vrijdag en zaterdag met elkaar optrekken, waarna zij ‘s zondags weer over de snelweg naar huis zouden gaan en ik binnendoor de route naar huis zou rijden.

Helaas zit het met de gezondheid van Bram niet mee, zodat hij en onze echtgenotes jammer genoeg thuis blijven.

Afgelopen donderdagavond heb ik de route nog aangepast zodat ik nu vrijdag weer thuis hoop aan te komen na een overnachting in Bad Driburg in plaats van twee in Bielefeld.

Vanaf Barneveld rijd ik over de snelweg richting Nijmegen. Het is nog steeds droog al stond het vanmorgen om kwart over zeven nog te plenzen van de regen.

Wanneer ik de rivier de Waal nader zie ik de bui, waar geen ontkomen aan is. Het is gelukkig even een heftige bui maar niet langer dan een kleine tien minuten, daarna spettert het nog wat, maar hoef ik mijn regenpak niet aan te trekken. Wel had ik als voorzorgsmaatregel mijn “Gamasschen” al aan. Deze anti-sneeuw-in-je schoenen-uitvinding dingen, zitten over het onderste deel van mijn broekspijpen en over de schacht van mijn laarzen, zodat mijn voeten en benen onder de knieën in ieder geval droog blijven.

Bij Venlo neem ik de snelweg naar het oosten richting Mönchengladbach. Al na Kaldenkirchen rijd ik binnendoor, dus zonder gebruik te maken van de snelweg, naar zuiden via Bracht. In het dorpje Gerderath koop ik even later een kop koffie en na een korte pauze rijd ik om tien uur weer verder, mijn route volgend naar het zuiden.

Vervolgens langs Erkelenz, door Düren (dat stadje moet ik de volgende keer vermijden: te veel verkeerslichten), daarna wordt het mooier in de Eifel met meer bochten.

In het dorp Nideggen tank ik de BMW weer vol met E95 benzine en rijd dan verder naar het oosten. Zonder een functionerende Zumo, want die is er spontaan mee opgehouden, gelukkig werkt de MyRouteApp Navigation zoals het zou moeten en kan ik de geplande route aanhouden.

Een stuk verder wil ik in het stadje Bad Münstereifel parkeren, maar zie dan waarom ik dat een vorige keer ook niet gedaan heb: je struikelt er over de toeristen en zelfs voor het parkeren van mijn motor moet ik betalen. Betalen voor parkeren met de motor beperk ik in principe tot noodgevallen, ik laat het stadje links liggen. Nog voor Altenahr zet ik de motor stil, want ik er is een sanitaire stop nodig.

In het dorpje Mayschoss pauzeer ik met een hapje en een drankje bij een Imbiss. Na even prutsen en het tijdelijk verwijderen van de accu van de Zumo krijg ik hem weer aan de praat. Ondanks dat ik verwachtte dat ik hier zou moeten schuilen voor een bui regen, loopt het goed af. Het blijft droog.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is IMG_20190713_131336-1024x768.jpg

Voor Bad Neuenahr keer ik naar het zuiden. Bij Kempenich weer naar het oosten en bij Weissenthurm de Rhein over richting Neuwied. Om de rivier over te steken, speel ik vals: ik gebruik een stukje snelweg.

Aan de overkant naar het noorden tot Willroth. Een half uur voordat ik mijn eindbestemming voor vandaag bereik (volgens beide navigatiesystemen), parkeer ik bij een Aldi waar ik nog wat proviand haal voor onderweg. Als er morgen nog meer restaurants dicht zijn als vandaag op de route, dan kan ik me in ieder geval redden.

Ten slotte terug naar het westen langs Autobahn 3 naar Fernthal. In Hotel Dreisläger Hof hebben ze een kamer voor me gereed gemaakt, hoop ik, maar voorlopig ben ik er nog te vroeg (15:30 uur). Ik parkeer de motor en maak maar eens een wandelingetje door het dorpje. Terug bij het hotel telefoneer ik met de eigenaresse om haar mee te delen dat ik reeds gearriveerd ben. Na een minuut of vijf opent ze de deur en krijg ik de sleutel van kamer 8 op de eerste verdieping. Het hotel gaat pas om 17:30 uur open, zodat ik ook nog de sleutel krijg van de buitendeur. Ik neem mijn intrek in kamer 8 en haal mijn knalgele waterdichte Ortlieb reistas van mijn motor. Ik kleed me snel om, want het is hier boven de 20 graden en dus heb ik het lekker warm in mijn motor pak.

dav

Ik doe nog een rondje door het dorp en merk dat het een erg klein dorp is. Ik keer terug naar mijn kamer en bekijk de foto’s die ik al rijdende gemaakt heb met mijn Akaso actioncamera, die ik voorop de motor bevestigd heb. Helaas heb ik de usb-stick waar het microSD-kaartje uit de camera in kan vergeten, zodat ik het kaartje eerst in de Garmin gezet moet worden om hem zichtbaar te maken voor de laptop voordat ik ze via dat apparaat kan bekijken.

Daarna begin ik aan het bureautje op mijn kamer met het opschrijven (intypen) van mijn belevenissen van vandaag tot nu toe.

Om even na zes uur, loop ik naar beneden om te zien of er al leven is in het hotel. Ik lust wel iets te drinken zo zoetjes aan. Er zitten al wat stamgasten aan de bar. De eigenaresse (ik schat haar ergens achter in de zeventig) blijkt een zoon te hebben, met wie zij het hotel runt. Hij staat achter de bar als ik hem vraag of ik mijn motor kan laten staan waar ik hem heb neergezet. Hij biedt een garagebox aan als alternatief, waar ik natuurlijk direct gebruik van wil maken. Ik loop weer terug naar boven en haal mijn sleutels, start de motor en rijd hem de box binnen. Daar staat hij droog en veilig. De zoon vraagt mij morgenochtend de garagebox met geweld te sluiten nadat ik mijn motor er uit gehaald heb. Hij doet het even voor: met een daverende knal sluit hij de metalen kanteldeur…

Terug in het restaurant bestel ik een alcoholvrije Weizen, pak mijn tijdschrift en vermaak mij een uur met lezen, appen, drinken e.d. Om een uur of zeven bestel ik mijn eten voor vanavond.

Als ik zit te genieten van mijn schnitzel “Oltstein” komt een dorpsbewoner een praatje maken. Hij rijdt ook motor en wil graag weten of ik alleen ben. Hij blijkt liever met een stel vrienden op pad te gaan. Hij bekijkt mijn route voor de komende dagen op mijn telefoon en gelukkig kan de route zijn goedkeuring wegdragen. We babbelen nog wat en dan voegt hij zich bij zijn vrienden aan de bar.

Om even na achten is de maaltijd gedaan en vraag ik aan de eigenaresse of ik morgen het eten en de kamer samen kan afrekenen. Ze maakt duidelijk dat ze daar geen voorstander van is, ze heeft namelijk meegemaakt dat er de volgende dag überhaupt niet werd afgerekend. Ik “mag” dus nu direct de maaltijd afrekenen.

Ik loop, na betaald te hebben, naar buiten. Even een frisse neus halen, want in dit hotel mag je namelijk gewoon roken, ook in het restaurant… Ik schakel het akoestische bewegingsalarm van de motor in en vertrouw verder op MoniMoto: de bewegingssensor die de geografische positie van de motor in de gaten houdt.

Terug op mijn kamer sla ik aan het typen om de rest van het verhaal af te schrijven.

Zondag 14 juli

De wifi van het hotel reikte niet tot in kamer 8 dus heb ik gisteravond een mobiele “hotspot” gemaakt met mijn telefoon om het verhaal op de site te zetten en dat werkte gelukkig prima.

De wekkerfunctie van mijn telefoon werkt ook goed. Om 7:00 uur schakel ik hem uit en stap uit bed. Ik pak alvast wat spullen bij elkaar die in de Ortlieb moeten en berg ze daarin zo goed mogelijk op zonder alles te kreuken. Daarna begin ik aan mijn dagelijkse fitnessoefeningen die me zoals gewoonlijk ruim twintig minuten bezig houden. Terwijl ik mijn push-ups doe, zie ik pas hoe slecht er hier is gestofzuigd, want ik heb toch echt geen huisdier bij me. Vervolgens ga ik de douche uitproberen. De douchekop zit los en ziet eruit als een geknakt bloempje, zodat hij het water naar de muur sproeit. Het schroefje dat er voor moet zorgen dat hij vast zit, heeft een dolgedraaid schroefdraad. Dus dit keer kan zelfs mijn Zwitsers Victorinox zakmes geen uitkomst brengen. Dan maar roeien met de riemen die ik heb. Tot overmaat van ramp komt er slechts een l*llig straaltje water uit de douchekop, waarvan de temperatuur ook nog constant wisselt van heet naar koud en vise versa. Kortom ik heb wel eens prettiger gedoucht.

Ik trek mijn motorkleding aan en even na acht uur daal ik af naar het restaurant. Onderweg kom ik een hond tegen die banger is van mij dan ik van hem, hij neemt luid blaffend de benen. Zouden het zijn haren zijn op de vloerbedekking van kamer 8? In het restaurant moet ik echter niet zijn, vertelt de eigenaresse, ik moet naar das Frühstücksraum, een ander deel van het hotel. Gelukkig kies ik daar direct het goede tafeltje, want voor één persoon gedekt. Dit in tegenstelling tot de volgende alleen zijnde gast, die op strenge toon te horen krijgt dat hij wel een tafeltje moet kiezen dat niet voor twee gedekt is.

De wondjes die ik al had op mijn vingers zijn vannacht open gesprongen. Het eten van gisteravond was zo zout dat mijn lichaam veel vocht vastgehouden heeft en dat uit zich onder andere in dikke vingers. Thuis eten we zoutarm, daar gaat je lichaam dus wel aan wennen.

Het ontbijt is verder gewoon goed en dus eet ik een broodje meer dan dat ik van plan was. Ik maak nog even een praatje met een Nederlands stel dat hier beland is op doorreis naar huis en ga dan naar boven om mijn tanden te poetsen.

Met mijn rugzak en gele reistas ga ik daarna de sleutels inleveren en de rekening van de kamer voldoen. Dit keer geen fooi, de vloerbedekking van mijn kamer was niet gestofzuigd en de douche functioneerde niet naar behoren. Gelukkig krijg ik toch nog wel de sleutel van de garage waar mijn GS hopelijk nog staat. Ik berg mijn bagage op en in de motor en rijd hem dan de garage uit. Nadat ik met grof geweld de garagedeur weer heb gesloten, breng ik de sleutel terug naar de eigenaresse.

Het is wel over negenen geworden voordat ik eindelijk weg wil rijden, maar ik heb de hele dag nog en het is droog met 14 graden Celsius.

Vandaag loopt de route voornamelijk naar het oosten. Maar ik ben nog niet weg, want er blijkt een insect over mijn kale hoofd onder de valhelm te lopen. Wanneer ik die verwijderd heb, rijd ik echt weg.

Eerst naar het noordoosten, voor Döttesfeld naar het noorden en al snel naar het oosten, via Altenkirchen verder naar het noordoosten richting Siegen. Ik rijd ten noorden van Siegen langs en kom dan in Weidenau bij een Subway broodjeszaak die geen koffie verkoopt, dan maar een Cola Zero. Na een korte pauze vertrek ik weer. Even verderop tank ik de motor af met Super E10 in Netphen. Daarna Via Erntebrück, Bad Berleburg naar Hallenberg in het Sauerland. In Hallenberg vind ik een uitgebreid bakkerscafé. Ik koop daar een koffie, een paar broodjes (één te veel) en mag ook nog gebruik maken van het toilet. Ik merkte al dat ik in het Sauerland ben: veel auto’s met Nederlands kenteken en achter me zit nu een Nederlands stel…

Daar vandaan koers ik naar het zuidoosten, via Frankenberg tot Schwalmstadt. Daarna naar het noordoosten. Dan zie ik ineens een ree rennen, rechts van me, parallel aan de weg waar op ik rijd, hij rent een stuk met me mee en kiest dan, gelukkig, het rechter hazenpad.

Bij Völkershain steek ik Autobahn 7 over, verder naar het oosten. Voordat ik het stadje Breba ten zuiden passeer, verlaat ik de route om in Rotenburg an der Fulda neer te strijken. Ik parkeer de motor aan de rand van een pleintje, waar ik aan de overkant van de straat vanaf het terras van een ijscafé hem in de gaten kan houden onder het genot van een lekkere kop koffie.

dav

Ruim een kwartier later vertrek ik voor het laatste stuuruurtje naar Eisenach, waar ik in Pension KatharinenSchule hoop te overnachten. In Eisenach aangekomen, tank ik de BMW weer vol. Om ongeveer 17:00 uur, rijd ik in eerste instantie het pension voorbij omdat het al rijdende niet echt eenvoudig te zien is, dat dit hét pension is. Ik keer om en zie dan de inrit naar het parkeerterreintje van het pension. Ik berg mijn valhelm en handschoenen op in een zijkoffer en loop met mijn rugzak naar de ingang. De deur is gesloten maar nadat ik het nummer gebeld heb, dat vermeld staat op de deur arriveert er een vijftal minuten later een medewerkster met een auto. Zij overhandigt mij de sleutel van kamer “Drachentöter”, direct om de hoek van de receptie. Mijn motor mag onder de gigantische “carport” staan, waar nog twee fietsen en een motorfiets staan.

dav

Voor de zekerheid leg ik hem wel aan het kettingslot, nadat ik hem ontdaan heb van mijn reistas. Ik nestel me in de kamer van de drakendoder en probeer eerst de douche uit. Aangezien het er hier allemaal pico bello uitziet, vind ik het niet vreemd dat de regendouche helemaal doet wat hij zou moeten doen. Fris en fruitig van het douchen en de lekkere luchten uit een flesje, trek ik gewone kleding aan en ga op pad om een geschikt restaurant te vinden voor een lichte avondmaaltijd.

dig

Ik wandel het centrum rond, in en uit tot ik net als vanmorgen bij een Subway broodjeszaak beland. Ik heb namelijk trek in een maaltijdsalade en die kan ik hier helemaal naar wens laten samenstellen en ook nog eens voor een alleszins redelijke prijs. Een colaatje erbij en je hoort mij vanavond niet meer klagen.

Wanneer ik alles achter de kiezen heb, wandel ik via een andere route terug naar het pension. Wel met behulp van de offline routekaarten van OsmAnd-app op mijn telefoon, want mijn richtingsgevoel is nog steeds slecht.

In mijn kamer probeer ik via WhatsApp te videobellen met het thuisfront, maar dat wil om een of andere manier niet lukken. Paulette belt dan maar gewoon op de klassieke manier en dat werkt prima. We praten elkaar even bij en zij brengt me op het idee om vanavond “Killing Eve” te kijken via KPN-iTV. Straks maar eens kijken of het internet hier goed genoeg is om mijn favoriete serie te kunnen volgen. Het heeft even wat voeten in de aarde om uit te vinden welke gegevens ik in moet voeren om KPN duidelijk te maken dat ik via NLE (onze provider van internet en tv) ook gebruik wil maken van de mogelijkheden van het moederbedrijf. Maar het lijkt ten slotte, met behulp van Paulette, toch te werken.

Ik zie nu trouwens op het raam een pictogram, dat volgens mij aangeeft dat ik in geval van nood uit het raam moet klimmen! Ik open het raam om te zien waar ik dan terecht kom: geen trap, alleen een betonnen voetpad een meter of vijf lager… Ik denk dat ik in geval van nood toch maar eerst de voordeur probeer, die zit hier letterlijk om de hoek.

Eerst maar eens aan de slag met het typewerk om het reisverhaal te completeren. Nog voor “Killing Eve” begint heb ik het verhaal tot nu toe klaar.

Na weer een boeiende aflevering van “Killing Eve” ga ik weer de truc doen met het micro-SD-kaartje uit de Akaso: via de Garmin Zumo lees ik hem uit en stel de foto’s veilig op de usb-stick voor later gebruik.

dav

Maandag 15 juli

Na gisteravond laat nog even geklungeld te hebben met het micro-SD-kaartje, kwam ik tot de ontdekking dat er een fout zat in de software die de usb-poort correct moet lezen. Na een update van dit systeem, kan de laptop de gegevens direct van de actioncamera lezen met behulp van een usb-kabel. Dat schilt voortaan een hoop gedoe en ik kon tevreden gaan slapen.

Ik was al wakker, maar ben toch weer ingedommeld, want ik schrik om 7:00 uur van de wekmelodie van mijn telefoon. Ik swipe hem uit, stap uit bed en loop mijn ochtendritueel af. Als ik helemaal klaar ben voor het ontbijt houd ik nog tien minuten over die ik besteed aan het verzenden van enkele berichtjes naar het thuisfront.

Om even na acht uur loop ik naar de ontbijtruimte. De mevrouw die daar aan het werk is, verontschuldigt zich dat ik in zo’n onbeholpen hoekje zit, maar het is vandaag overvol aan het ontbijt en ze moest toch iedereen kwijt aan tafel. Ik neem plaats achter mijn kleine tafel en bestel thee. Terwijl ik mijn brood en beleg uitzoek, bezorgt ze mij een kan koffie. Omdat ze het druk genoeg heeft met de vele gasten, besluit ik een kopje koffie te drinken vanmorgen. Dit keer lepel ik als toegift een bekertje yoghurt leeg.

Daarna terug naar mijn drakendoderskamer om mijn tanden te poetsen en de laatste zaken op te bergen in de rugzak. Vervolgens reken ik af en tuig dan mijn motor weer op, zodat ik nog voor negen uur wegrijd uit Eisenach.

Vandaag leidt de route mij een stuk naar het zuiden en dan nog een stukje naar het oosten. Ik vertrek richting Fulda in het zuidwesten, maar rijd er in een boog omheen. Al vanaf het verlaten van Eisenach rijd ik mooie wegen met goed asfalt. Kennelijk hebben ze er hier meer geld voor over. Het is wel drukker op de weg dan de laatste paar dagen, maar dat zal wel komen omdat de meeste mensen vandaag gewoon moeten werken. Voor de vrachtwagens moet ik wel erg goed oppassen. De chauffeurs snijden de bochten regelmatig zodanig aan dat ze over de middenstreep komen en als ik dan lekker in de bochten “hang”, komen ze wel erg dichtbij.

Op een gegeven moment rijd ik een dorp binnen en zie een vrachtwagen aan de kant van de weg stilstaan. Ik passeer hem en sla links af op het kruispunt, maar dan zie ik dat men bezig is het kruispunt om te bouwen naar een rotonde. De vrachtwagen die ik net gepasseerd heb, staat voor zo’n mobiel verkeerslicht te wachten. Dat kon ik niet zien omdat hij er voor stond. Maar nu heb ik een probleem want het licht stond op rood dus kom ik heel veel verkeer tegen… Ik schiet aan de kant en keer zo snel mogelijk weer om, om me weer achter aan de rij aan te sluiten zoals het bedoeld was. Dit moet er heel slecht uitgezien hebben voor de toeschouwers.

Ik reed weg met prachtig weer: een zonnetje en wat vriendelijke witte wolken. In het Rhöndal wordt het donker en op een gegeven moment lijkt het of ik door de mist rijd of zou het laag hangende bewolking zijn? Als ik even later weer in het dal rijd, schijnt daar de zon gelukkig weer.

Bij Brand wil ik afslaan om via Reulbach naar Gersfeld te rijden, maar helaas moet ik terug vanwege “werken aan de weg” en wordt ik gedwongen om via Ehrenberg weer mijn oorspronkelijke route terug te vinden.

Omstreeks half elf parkeer ik mijn motor in Gersfeld en ga ik op zoek naar een terras. Het lijkt nog te vroeg op maandagmorgen, want lang niet alle zaken met terras zijn al open. Ik vind er een, maar ik heb er geen goed gevoel bij dat ik mijn motor achter gelaten heb met alleen het stuurslot er op. Ik loop terug zet het remschijfslot er op en neem dan plaats op het uitgezochte terras. De zon komt er net lekker door, dus de jas kan uit.

Even later stap ik weer op er vervolg mijn route. In Uttrichshausen klopt de route niet, want ik mag het weggetje niet in, dat het navigatieapparaat uitgekozen heeft om te berijden. Ik kies een andere weg en kom dan toch uit op de weg die de route aangeeft.

Rond één uur zoek ik in Wiesen tevergeefs naar een restaurant, bakker of iets dergelijks. Ik parkeer de motor dan maar bij een tijdelijk gesloten buurtsuper en gebruik een versnapering uit eigen rantsoen. Het is ondertussen zo warm geworden dat ik een shirt uitdoe en opberg in een koffer.

Daarna voornamelijk naar het zuiden tussen Aschaffenburg in het westen en Würzburg in het oosten door. Ik stop op een parkeerplaats langs een bos om de natuur zijn loop te laten wat betreft mijn afwatering. In Haslog, dat aan de rivier de Main ligt, pauzeer ik nog even om mijn eigen rantsoen aan te spreken, want ik kon onderweg weinig vinden.

Even verderop rijd ik Wertheim in, waar volop bedrijvigheid is. Ik had iets verder door moeten rijden voor de pauze. Wanneer ik Wertheim bijna weer uit ben, besef ik dat ik onderweg ook weinig tankstations heb gezien. Het kan geen kwaad om hier even te tanken. Ik keer om en zoek het dichtstbijzijnde tankstation om mijn dorstige BMW te belonen met enkele liters Super E10. Daarna vervolg ik mijn route, zonder dat ik me zorgen hoef te maken of ik wel voldoende benzine heb.

Als ik onder Würzburg Autobahn 81 passeer, draai ik naar het oosten. Nog voor ik Autobahn 7 zou kruisen, bereik ik het dorpje Reichhardsroth waar ik een overnachting heb geboekt in Gasthof zur frohen Einkehr. Ik kom daar rond half vijf aan en vind dan het opschrift “Heute ab 17:30 geöffnet”. Ik moet me dus nog een uur vermaken, en ik had me net verheugd op een koud glas bier, want ik mat zojuist onderweg nog 25 graden.

sdr

Ik besluit het koude glas hier in de buurt te gaan zoeken, maar dat valt niet mee. Na een tevergeefs enkele dorpjes aan gedaan te hebben, rijd ik naar Rothenburg ob der Tauber, want dat is groter, niet zo ver weg en ik ben er nog nooit geweest. Helaas moet ik daar wel weer een stuk voor omrijden, want er is weer een wegomlegging.

Ik parkeer de motor net buiten de stadsmuur van deze oude stad en loop het oude centrum in. Ik wist niet dat dit zo’n publiekstrekker is. Ik hoor en zie Britten, Amerikanen, Aziaten en Nederlanders die allemaal naar deze stad komen om hem te bezichtigen vanwege de historische binnenstad. Ik koop een fles koude cola, loop nog wat door het centrum en als ik zie dat het vijf uur geweest is, keer ik terug naar de motor.

Wanneer ik om tien over half zes bij het Gasthof aankom, zijn de eigenaren al weer druk doende het de gasten naar de zin te maken. Ik krijg de sleutel van kamer 14 op de tweede etage en mijn motor mag in een garagebox waar er nog vier in staan.

Ik parkeer de motor zo strak mogelijk naast de andere, zodat er misschien nog eentje bij kan. Daarna ga ik me omkleden, want ik heb het warm gekregen. Ik neem een verfrissende douche en trek wat luchtigers aan dan mijn motorkleding.

dav

Ik haal het shirt dat ik in Wiesen in de topkoffer gestopt heb er weer uit en maak daarna mijn helm schoon, want hij is onderweg besmeurd geraakt met insectenlijkjes.

Dan is het alweer zeven uur geweest en kies ik een tafeltje op het terras. Ik heb mijn laptop mee aan tafel en lees alvast de foto’s in, die met de actioncamera gemaakt zijn. Ik bestel een alcoholvrije Weizen en een Zwitserse schnitzel. De schnitzel op zijn Zwitsers betekent, een dubbele schnitzel met daartussen kaas en ham.

Terwijl ik wacht op mijn avondeten, geniet ik van mijn bier en maak ik een begin met het aanvullen van het document dat te zijner tijd de weergave moet zijn van mijn avonturen van deze solo toer.

Het eten wordt al snel geserveerd en dat is goed, want de buitentemperatuur daalt gestaag deze avond.

Wanneer de maaltijd is gedaan, schrijf ik aan het verhaal tot mijn bier op is. Dan breng ik mijn spullen naar mijn kamer, trek een jasje aan en doe nog een blokje om in het dorp. Daarna ga ik op mijn kamer het verhaal van vandaag afschrijven.

Dinsdag 16 juli

Nadat ik het verhaal gisteravond online gezet heb, controleerde ik mijn e-mail nog even. Het bleek dat ik van het hotel waar ik vandaag in Eisenberg denk te komen een tweetal codes gekregen heb: om de deur van het hotel te openen en de kamersleutel te verkrijgen. Ik noteerde de codes voor de zekerheid in mijn telefoon, zodat ik ze ook zonder internet beschikbaar heb.

Daarna ging ik op muggenjacht want ik ben gestoken door zo’n voddenbaal! Ondanks de hor in het raam van de badkamer zaten ze, want het waren er meerdere, toch in mijn kamer. Na enig strijd vermoordde ik er drie. Nummer vier liet zich na een poging tot executie niet meer zien en ik gaf het op, want het was al veel te laat geworden.

Vanmorgen heel vroeg, hoor ik nummer vier weer, nu bij mijn rechteroor. In een reflex sla ik mezelf voor m’n kop, in een poging de mug ook te raken. Geen idee of het lukte, maar ik hoor hem niet meer en slaap weer verder.

Even voordat mijn telefoon mij zou wekken, ben ik wakker, ik wacht totdat hij begint te “spelen” en maan hem dan swipend tot stilte. Ik stap uit bed en doe mijn ochtend dingen. Wanneer ik in de spiegel kijk, zie ik in mijn baard op mijn rechter wang de resten van een mug. Ik heb hem dus toch geraakt!

Om acht uur ben ik de eerste gast in het restaurant voor het ontbijt, maar al snel volgen er meerdere mensen. Dit keer krijg ik wel thee, wanneer ik dat vraag…

Na het ontbijt kijk ik of de garagedeur al geopend is. Ik kan er al bij en zet mijn motor iets ruimer in de garage zodat ik hem straks eenvoudiger kan beladen. Eerst maar eens mijn tanden poetsen.

Bijna precies, oftewel ongeveer dezelfde tijd (2 minuten later om precies te zijn) als gisteren rijd ik bij het hotel weg.

Ik vertrek richting Regensburg in het oosten, maar buig voor de stad af naar het noordoosten. Passeer dan Autobahn 3. Omstreeks tien uur tank ik de motor weer vol met Super E10 in Hemhofen. Ik draai ten noorden van Forchheim verder naar het noordoosten. Rond elf uur zit ik op het terras aan de koffie in Ebermannstadt bij een Indiër of Pakistaan. De koffiekop is zo groot als een soepkom, maar smaakt prima en voor de prijs van anderhalve kop krijg ik twee keer zoveel. Het valt mij wel direct op dat hij nog maar anderhalve tand in zijn mond heeft… Voor die €2,80 mag ik ook nog gebruik maken van zijn toilet.

Vanaf het dorp Waischenfeld rijd ik voornamelijk naar het noorden. Kruis Autobahn 70 en koop in Küps mijn lunch bij de plaatselijke Lidl, nu nog een leuke plek vinden om het te gebruiken. Via Kronach voert de route mij verder naar het noorden. Omstreeks twee uur vind ik een mooie parkeerplaats met picknickbank net voorbij Steinbach am Wald.

dav

Nadat ik vind dat ik er wel weer even tegen kan, stap ik op en laat ik Saalfeld/Saale links liggen en buig af naar het noordoosten. In Neustadt an der Orla drink ik om half vier nog een bak koffie bij een bakker op het terras. De prijzen zijn hier in het voormalige DDR ongelooflijk. Ik betaal voor de koffie, die geserveerd wordt aan mijn tafeltje op het terras, met een schuimpje (!) en een glas water €1,50 en daarna mag ik ook nog gratis en voor niets gebruik maken van het toilet.

Ik heb, “denkt” mijn navigatiesysteem, nog ongeveer een uurtje nodig om bij mijn hotel in Eisenberg te geraken. Na Neustadt an der Orla draai ik naar het noorden, kruis even later Autobahn 9 en 4 door een omleiding vanaf Tröbnitz en arriveer dan ten slotte in Eisenberg bij My City Hotel waar ik een kamer heb gereserveerd. Ik rijd het hotel echter voorbij, omdat ik eerst mijn tank weer vol wil gieten met E10 benzine bij het tankstation iets verderop in het stadje.

Om precies vijf uur zet ik mijn motor stil naast de voordeur van het hotel, ik neem mijn rugzak en en tanktas mee en berg mijn helm en handschoenen op in een zij-koffer. Eerst maar eens kijken of ik in mijn kamer kan komen. De code voor de achterdeur van het hotel is correct, de code van de kluis van de kamersleutel ook, dus even later open ik kamer 3 op de eerste etage en keur de eenpersoonskamer. Het ziet er keurig en compleet uit. Ik zet mijn spullen in de kamer en haal mijn Ortlieb van de motor. Daarna installeer ik het zware kettingslot door mijn achterwiel en zet het bewegingsalarm aan. Ik breng de reistas naar mijn kamer en haal daar mijn gewone broek en schoenen uit. Ik installeer de spullen uit mijn toilettas en neem een verfrissende douche. Ook de douche functioneert zoals het zou moeten, niets op aan te merken.

dav

Ik ga gekleed in spijkerbroek en shirt op weg om te zien of ze hier ook wat te eten hebben voor me. Het My City Hotel raadt het restaurant aan, dat (als ik het goed begrijp) morgenochtend ook het ontbijt voor de gasten verzorgt. De menukaart ziet er niet verkeerd uit, maar je moet je nooit verhangen aan de eerste boom, zegt mijn moeder altijd, dus ga ik het stadje in op zoek naar restaurants. Ik vind er enkele, maar ga toch voor het aangeraden etablissement.

Maar voordat ik daar binnenstap wil ik op zoek naar een oplossing voor het gevaar dat vandaag of morgen mijn telefoon van zijn motor-stuur-houder breekt. Ik zie het toestel de hele dag en ook nog dag in dag uit, trillen en schudden aan zijn kunststof houder. Deze bevestiging bevalt in principe uitstekend, maar ik moet er niet aan denken wat er gebeurt als de houder door materiaalmoeheid afbreekt. Eigenlijk wil ik een soort beveiliging dat als “het” afbreekt dat de telefoon dan niet op straat in duizend stukjes spettert. Ik loop een winkel in die “alles heeft wat je op een dag nodig hebt” volgens hun slogan en koop daar een zakje met twee dunne zwarte lederen veters. Hoe ik die ga gebruiken weet ik nog niet, maar dat zie ik nog wel.

Het is al zes uur geweest en ik lust al wel wat, dus loop het bewuste restaurant binnen. De eigenaar en het personeel zijn echte Italianen en er wordt onderling dan ook Italiaans gesproken. Ik kies een pizza bianca en een insalata tonno (een maaltijdsalade tonijn en een pizza zonder beleg), daarbij een halve liter Benedictiner alcoholfrei Weiss Bier. Terwijl ik aan de slag ga met een ontwerp voor de val-beveiliging wordt mijn bier gebracht en nog voordat ik het ontwerp geheel in uitvoering heb gebracht staat mijn bestelde maaltijd al op tafel. Het smaakt allemaal uitstekend en als mijn bord leeg is, perfectioneer ik mijn creatie.

Wanneer mijn bier op is ga ik afrekenen. De baas moet het zelf doen want ik wil met mijn bankpas betalen. Hij ziet de rekening en vraagt of ik cash wil betalen, want volgens hem kost het hem anders te veel ten opzichte van de hoogte van de rekening. Met tegenzin betaal ik de €17,50 cash en hij verspeelt zo zijn fooi. Dan gaat dat in Nederland toch een stuk eenvoudiger.

Ik haal nog even de actioncamera uit zijn houder op de motor, want die was ik vergeten. (Nu ik dit schrijf besef ik dat ik ook nog mijn vest en wat kersen in de topkoffer heb liggen. Het is nu te laat, moet ik morgenvroeg maar om denken.) Als ik de val-beveiliging op de motor uitprobeer lijkt hij goed te werken, weer een zorg minder.

Op mijn kamer pak ik mijn laptop, Garmin, telefoon, usb-stick en actioncamera en begin met het leegtrekken van de camera en telefoon wat betreft de foto’s naar de usb-stick. Uit de Garmin wordt de vandaag gereden track gehaald. Volgens mij heb ik trouwens geen alcoholvrij bier gehad…

Daarna sla ik aan het typen totdat ik denk dat de belevenissen van vandaag geheel naar waarheid zijn opgetekend. Nu het geheel nog online zetten.

De wifi van het hotel of WLAN zoals ze het hier noemen, wilde niet lukken op mijn telefoon, maar op de laptop wel. Voor het eerst een mobiele hotspot gemaakt van mijn laptop met de standaard software van MicroSoft. Werkt goed!

Woensdag 17 juli

Het wordt al routine: opstaan om zeven uur, zorgen dat ik fit, schoon en aangekleed ben voor het ontbijt van acht uur, vervolgens tanden poetsen, sleutel afgeven, afrekenen, de motor optuigen en dan zien dat ik rond negen uur op pad ben.

Ik moet toegeven dat ik dit keer wakker schrok van mijn telefoon, maar dat kwam denk ik voornamelijk omdat ik pas heel laat in slaap ben gevallen. Naast mij zat een stel, zo te horen vrij jong (de muren zijn van bordkarton). Ze kwamen luid lachend rond 23:00 uur binnen, hadden schik voor tien, dachten geen moment aan de wellicht al slapende medemens in de omringende kamers en deden een korte maar luidruchtige liefdesdans (tja hoe moet ik het anders noemen?). Maar in plaats dat ze daarna gingen slapen geraakten ze in een heftige discussie en dat ging tot na 24:00 uur door.

Oké, dus voor het ontbijt moet ik naar het restaurant van gisteren. Een vriendelijke dame wijst me mijn tafeltje en ik kan me te goed doen aan van alles, maar ik houd me in.

Om even na negen uur rijd ik weg uit Eisenberg, dit keer met de valbeveiliging van mijn telefoon in positie. Het ziet er betrouwbaar uit.

Ik rijd naar Dornburg/Saale in het westen, maar heb al net buiten Eisenberg, namelijk bij Wetzdorf een “Umleitung” te pakken, zodat ik een stukje om moet rijden. Daarna buig ik af naar het zuiden om via Jena, daarna Autobahn 4 kruisend, in Saalfeld/Saale uit te komen, maar ik kan niet onder of over Autobahn 4 door: weer een “Umleitung”. Dit keer word ik gedwongen om via Autobahn 4 naar Magdala te rijden, daar er weer af en dan kan ik via Blankenhain naar Rudolstadt om vandaar weer op de geplande route te komen.

Ik parkeer de motor op de hoek van de voetgangerszone van het centrum van Rudolstadt en ga even verder op een terras zitten. Ik zit werkelijk nog geen twee minuten of er komt een meneer van “de handhaving” mij vertellen dat ik de motor daar weg moet halen, want het is een voetgangerszone. Als ik zeg dat ik dacht dat hij niemand in de weg staat, dan heb ik het toch echt verkeerd begrepen. Een voetgangerszone is niet bedoeld voor het parkeren van een motorvoertuig. Daar komt nog bij dat ik moet betalen voor het parkeren. Hij wijst me een parkeerplaats en benadrukt dat ik dan wel een ticket moet kopen. Ik mag van hem dan weer wel het plein in de voetgangerszone oversteken met de motor om daar te komen !?!

Ik rijd al “steppend” met de motor het plein over, maar als het te zwaar wordt omdat het lichtjes omhoog loopt, start ik de motor en rijd van het plein weg. Niet naar de betaalplichtige parkeervakken, want ik betaal alleen in zeer uitzonderlijke gevallen voor het parkeren van mijn motor. Iets verder staat een kerk op een heuvel en ik zie daar een grote blauwe “P” met een onderbord waarop staat dat men daar maximaal drie uren gratis mag parkeren. Ik heb dan wel geen parkeerschijf, maar drie uren blijf ik zeker niet staan. Ik zet de motor daar neer en loop dan terug naar het centrum dat nog geen vijf minuten lopen is. Net onderweg kom ik meneer de handhaver tegen die al weer een automobilist vertelt dat hij niet mag parkeren, waar hij staat. Ik ben benieuwd of hij hier loopt omdat hij mij zoekt. Als dat zo is dan hoop ik dat hij mijn motor niet ziet staan, want ik heb geen parkeerschijf geplaatst, dus kan hij me nog beboeten.

Ik koop een kop koffie in een zaak waar ze geen toilet hebben, maar geen nood, ik heb aanwijzingen gezien in de stad dat er een openbaar toilet is. Die is snel gevonden en mag zelfs gratis gebruikt worden. Daarna loop ik terug naar mijn motor, zo te zien heeft hij hem niet gevonden, want er zit geen bekeuring tussen mijn ruitenwissers. Of zou dat komen omdat ik geen ruitenwissers heb…

Nu is het zaak terug te komen op de originele route. Dat valt niet mee, omdat ik niet begrijp hoe het navigatieapparaat mij daar wil brengen. Na nog een rondje door de stad begrijp ik het en rijd ik via Cumbach naar Saalveld/Saale en ben ik weer op de route. Maar ik ben net de stad uit of ik vloek alle duivels uit de hel, want ik wil naar Schwarzburg, maar de weg daar naar toe is afgezet: “Umleitung”. Via Oberköditz, toch weer een stuk om, kom ik er toch en ben weer back on track.

Vanuit Saalfeld/Saale loopt de “88” naar het westen en de “281” naar het zuidwesten, ik wil tussen deze wegen door naar het zuidwesten. Maar het begin lukte dus al niet. Net als ik denk dat het lekker gaat is er de volgende “Umleitung” ik kan niet naar Katzhütte vanaf Schwarzmühle en moet weer een stuk omrijden.

Toch kom ik eindelijk om half twee in Grossbreitenbach aan. Ik koop daar mijn lunch bij de supermarkt. Het is onderhand lekker warm geworden en ik eet het, gezeten op een bankje dat bestemd is voor wachtende voor de buurtbus of zoiets, met zicht op mijn motor.

Daar vandaan, draai ik naar het westen, terwijl de Zumo er spontaan mee ophoudt, kruis Autobahn 71 en wil voorbij Zella Mehlis naar het noordwesten draaien, maar beste lezer je begrijpt het al: “Umleitung”! Om er moedeloos van te worden. Ik word helemaal via Oberhof en Ohrdruf naar het noorden omgeleid. In de buurt van Oberhof, stop ik even om Zumo’s accu los en weer aan te koppelen om dan te kunnen zien waar ze me in vredesnaam naar toe brengen met deze Umleitung. Gelukkig doet de Zumo het weer en kan ik eenvoudiger bepalen wat te doen. Ik besluit dat ik de Zumo mij naar Wutha Farnroda laat navigeren via de snelste route, want anders kom ik pas tegen zeven uur in mijn hotel aan. De snelste route betekent wel dat ik een stukje over Autobahn 4 moet rijden.

Zodra ik weer binnendoor rijd, kom ik in het plaatsje Eisenach, waar ik afgelopen zondag op maandag overnacht heb en zit ik weer op de uitgestippelde route.

Om kwart voor vijf zet ik de motor stil aan de kant van de weg bij Creutzberg. Nog even een pauze om in ieder geval wat vocht te lozen in de vrije natuur. Ik vul het direct weer aan door een flesje water leeg te drinken en eet de laatste kersen op, die ik gisteren gekocht had.

Een half uur later kom ik in Eschwege aan. In Hotel Garni am Heuberg overnacht ik volgens de planning, maar eerst moet ik nog de hele stad door. Om half zes zet ik de motor naast het hotel en word dan al direct vriendelijk begroet door mijn gastvrouw. Ik mag, nog voordat ik de kans krijg mijn spullen van de motor te halen, met haar meelopen om te zien of mijn kamer me bevalt. Ik heb kamer 6 toebedeeld gekregen, een grote tweepersoonskamer, dus ruimte genoeg. Ik krijg de WLAN-code en spreek met haar af dat ik morgen om 8:00 uur kom ontbijten en dat ik er thee bij wil drinken. Ze wenst me een prettig verblijf toe en gaat dan weer. Ik haal mijn spullen van de motor, zet het remschijfslot en het alarm er op en maak een plannetje voor vanavond. Het is zes uur, ik moet nog eten, maar ik zit een behoorlijk eind lopen van het centrum. De kaarten van OsmAnd vertellen dat er hier een industrieterrein in de buurt is waar een chineesrestaurant is. Lopend kun je er vrij gemakkelijk komen. Het plan lijkt duidelijk: ik ga voor de chinees. Het hotel staat op een heuvel en het restaurant staat in het dal dus er moeten wel wat hoogtemeters overbrugt en straks terug overwonnen worden.

sdr

Ik fris me een beetje op, verruil mijn motorkleding met gewone kleding en ga op pad. Wanneer ik bij het industrieterrein aankom zie ik dat er een Subway is. Ik weet direct wat ik vanavond eet, als hij nog open is. Hij blijkt tot vanavond 24:00 (of 00:00) uur open te zijn! Ik bestel een wrap en een maaltijdsalade, beide met tonijn en neem er een cola bij. Het weer is nog steeds goed dus eet ik het buiten op het terras. De “Chinees” vertoont trouwens weinig tekenen van leven, geen idee of hij wel open is. Maar dat maakt ook niet meer uit, dus neem ik ook niet meer de moeite om te gaan kijken.

Nu dezelfde weg terug, maar dan omhoog, mijn jasje kan uit, want ik word er lekker warm van. Terug in het hotel, spring ik onder de douche en trek daarna mijn korte broek, een shirt en teenslippers aan. Ik loop nog even naar de motor om mijn camera uit zijn waterdichte omhulsel te halen zodat ik de foto’s er af kan halen.

Dan installeer ik mezelf op het bed, met om mij heen alle op te laden gadgets: extra remlicht voor op de helm, bluetooth ontvanger voor de navigatie en acculader voor de camera. Verder mijn telefoon en Zumo voor gebruik van gegevens die nodig zijn voor het optekenen van mijn belevenissen van vandaag. Niet te vergeten mijn laptop, met behulp van hem, type ik mijn verhaal bij elkaar.

Donderdag 18 juli

Na een goede nachtrust en het ochtendgebeuren zit ik om acht uur aan het ontbijt. Mijn gastvrouw heeft me een tafeltje toegewezen dat al vol staat met een compleet ontbijt. Dat is weer eens wat anders dan een ontbijtbuffet. Ik denk alleen niet dat ik alles op kan, of zou dat ook niet de bedoeling zijn… Ik krijg er even later groene thee bij.

Er zit nog een stel op leeftijd. Zij zijn een plan voor vandaag aan het maken en er sliepen vannacht werklui, die na elkaar binnen druppelen om te ontbijten.

Nog voor negen uur zit ik op de motor en kom dan tot de ontdekking dat ik de route voor vandaag niet in de Zumo heb staan, wel degene die ik gemaakt had voordat de plannen met Paulette, Wilma en Bram gewijzigd waren. Nu dus maar vertrouwen op MyRouteApp Navigation (MRAN). De afgelopen dagen heb ik ze steeds naast elkaar gebruikt: de Zumo voor het overzicht en de controle, omdat zijn route nooit wijzigt, MRAN met stembegeleiding omdat hij de scherpte van de bochten perfect aangeeft. MRAN doet soms eigenaardige dingen, maar over het algemeen werken ze prima samen. Nu zet ik maar het kaartoverzicht aan op de Zumo en laat ik MRAN al het werk doen. We zullen zien…

Ik verlaat het plaatsje Eschwege in noordelijke richting, maar draai al vrij snel naar het noordoosten om even later Autobahn 38 te kruisen. Het was vanmorgen mistig, maar al snel wordt het weggebrand door de zon. De zon komt er nu al lekker door.

De wegen zijn prettig: goed asfalt en mooie bochten. Bij Duderstadt krijg ik de eerste “Umleitung” voor vandaag, gelukkig stelt de omleiding niet al te veel voor.

In Bockelnhagen stop ik bij een bakker, meestal hebben ze daar wel koffie. Ik zet de motor voor de deur en loop de zaak binnen. Er is niemand, ik kijk wat rond en net als ik de zaak weer wil verlaten komt de eigenaar binnen. Hij verontschuldigt zich dat hij er niet was en vraagt of hij iets voor me kan betekenen. Ik vraag om een kop koffie, maar helaas moet hij me teleurstellen, want zijn koffiemachine is stuk gegaan. Nou dan heb ik gewoon pech en ga ik verder. Maar dat vindt hij toch te mager, hij vraagt of ik misschien een flesje water wil hebben. Ik wil dat wel, want dorst heb ik. Hij komt een ogenblik later met een flesje en als ik mijn portemonnee trek, zegt hij dat het gratis is omdat hij geen koffie voor me heeft. Ik bedank hem hartelijk en loop terug naar buiten. Ik drink wat water en set het usb-snoertje dat de voeding van mijn telefoon verzorgt vast met ducttape, want anders valt hij er rijdendeweg steeds uit. Wanneer alles weer werkt stap ik weer op en vervolg mijn route.

Bij Bad Lauterberg rijd ik via het Oderdal de Harz binnen, langs de Oderstausee (stuwmeer). Daarna nog een stukje Oderdal en dan zigzaggend naar het noordwesten over Sankt Andreasberg naar de Okerstausee. Vanaf dit stuwmeer draai ik naar het westen, bij Clausthal-Zellerfeld doet MRAN even vreemd en ik rijd een stukje de verkeerde kant op. Ik laat hem de route opnieuw berekenen en ga weer naar het westen. Voordat ik Autobahn 7 bij Eulenburg kruis, voorzie ik de motor weer van verse E10 benzine bij Kirchberg en rijd via Bad Gandersheim naar Eschershausen. Daar zet ik de motor neer en koop een broodje en een kop koffie. Het vestje kan uit, want de zon schijnt nu uitbundig.

Wanneer ik me naast mijn motor aan het voorbereiden ben om weer op te stappen, word ik aangesproken door een Nederlander, die in zijn geparkeerde Audi met Duits kenteken naast me staat. Hij blijkt huisarts te zijn en hier al twaalf jaar naar volle tevredenheid te wonen en te werken. Hij vraagt hoe ik het hier vind om rond te rijden, hij is nog steeds enthousiast over de schoonheid van de omgeving, de kwaliteit van het de wegen en het betaalbare leven hier in de Harz.

Wat de omgeving, de wegen en de prijzen betreft, kan ik niet anders dan hem gelijk geven.

Nu naar Kemnade waar ik de rivier de Weser oversteek. Tot zover gaat het goed, maar dan krijg ik een omleiding die aangeeft dat ik niet naar het zuiden kan. Ik probeer het deze keer toch in de hoop dat het met de motor wel te doen is. Helaas komt de uitdrukking: “Hoop is uitgestelde teleurstelling” dit keer uit. Ik kan tot Pegestorf komen, maar niet verder naar Steinmühle. Ik rijd terug naar Kemnade en probeer via Ottenstein op de route te komen. Maar dan mis ik toch de vaste route van de Garmin, want als ik in Ottenstein ben, zit ik wel op de route, maar dan de verkeerde kant op. Het duurt even voordat ik dat door heb en laat MRAN dan de route weer opnieuw berekenen. Niet helemaal volgens de originele route, maar zo kom ik wel in Lüntorf in de goede richting op de route terug.

Ik rijd tot bijna in Hamelin, daar voor draai ik naar het zuidwesten, langs Bad Pyrmont. En daar kiest MRAN een andere route dan ik bedacht had, maar dat zie pas ik nu ik dit schrijf. Toch handiger om de Zumo met de vaste route er bij te houden… Ik rijd via Lügde, niet gepland, maar wel een leuk stadje. Ik parkeer de motor en vind een gezellig terras bij de rivier de Emmer. Er is daar een grote kinderspeelplaats, daardoor krioelt het van de kinderen met hun moeders (ik heb echt geen vaders gezien). Ik drink daar een grote Weizen en aanschouw de moeders die met elkaar en met elkaars kinderen druk in de weer zijn.

Dan zoek ik de BMW weer op en rijd langs de Emmerstausee, dan door Wobbel naar Reesen, net voor Bad Driburg.

In Pension Ethner heb ik een kamer gehuurd, maar zij hebben vandaag “Ruhetag” oftewel ze werken vandaag niet. Dat betekent geen diner in Reesen.

sdr

Terwijl ik mijn valhelm opberg en met mijn rugzak naar de ingang van het pension loop, parkeert een Nederlands stel hun auto bij het pension. Ondertussen heb ik op de huisbel van het pension gedrukt, maar er komt nog geen reactie. Ik besluit met de Nederlanders mee naar binnen te lopen. De man van het stel draait de buitendeur weer op slot met zijn sleutel. Even later besef ik dat ik er nu ook niet meer uit kan (behalve via een raam). Ik besluit het pension telefonisch te benaderen. Ik krijg de eigenaar aan de lijn die me verwijst naar zijn zoon die rond het pension het gras aan het maaien is.

Ik open een terrasdeur en zie de jongeman op een zitmaaier met muziekdopjes in zijn oren. Als hij mij ziet, stopt hij zijn werkzaamheden en haalt zijn “muziek-oortjes” uit zijn hoofd.

Hij overhandigt mij even later de sleutel van kamer 4, zodat ik mij in ieder geval kan omkleden, want ik heb het warm gekregen. Ik heb het tijdens het laatste stuk 26 graden zien worden via mijn boordcomputer!

Terwijl ik me omkleed maak ik het plan om naar Bad Driburg te gaan lopen. Met behulp van de OsmAnd-app bekijk ik de route. Het is ongeveer drie kilometer en grotendeels via een pad langs de spoorbaan. Ik neem in mijn rugzak de laptop mee en ga op pad.

Na ongeveer drie kwartier heb ik niet alleen het centrum van het stadje bereikt, maar ook een restaurant uitgekozen. Ik vind een tafeltje voor vier, want aangezien er op dit plein live muziek is, is verder elk tafeltje bezet. Terwijl ik op de serveerster wacht, zie ik dat twee stellen met kinderen een tafeltje voor twee, dat net is vrijgekomen, bezet houden. Zodra de serveerster bij hen in de buurt komt, vragen ze om meer stoelen zodat ze met z’n allen rond het tafeltje kunnen zitten. Dat blijkt lastig, dus bied ik aan om van tafel te ruilen en het probleem is uit de wereld.

Aan mijn nieuwe tafel, haal ik de laptop uit mijn rugzak en begin alvast een stuk te schrijven aan mijn verhaal van vandaag. Ondertussen bestel ik een Hefe Weizen 0,5l en een pizza Calzone “Zara”. “Zara” naar de naam van de pizzeria op wiens terras ik zit. Ik krijg nauwelijks tijd om wat te schrijven want in no time staat er naast mijn bier een pizza Calzone. En ik laat die laatste niet koud worden. Wanneer de pizza verorberd is, schrijf ik nog even verder aan mijn verhaal tot mijn bier op is. Ik pak mijn laptop weer in, en loop naar de kassa om te betalen. Helaas kun je hier lang niet overal met “Karte” (pin) betalen zoals in Nederland, zodat ik mijn contante geld moet aanspreken.

Daarna loop ik in ruim een half uur terug naar het pension. In mijn kamer gekomen, neem ik eerst een lekkere douche, want daar ben ik zo zoetjes aan wel aan toe. Vervolgens klim ik op bed en ga verder met het schrijven van het verhaal.

Vrijdag 19 juli

Hoe het kan weet ik ook niet, maar vanmorgen ben ik al om half zeven wakker. Ik blijf nog even liggen, maar bedenk me dan dat ik misschien al vast mijn Ortlieb op mijn motor kan binden, mocht het straks nog te vroeg zijn voor het ontbijt.

Zo gezegd zo gedaan, om half acht haal ik het kettingslot van de motor, ontdoe mijn helm van dode insecten, bevestig mijn reistas op de buddyseat en maak nog een paar foto’s van het hotel. Daarna vul ik de tijd tot acht uur op met het lezen van mijn favoriete tijdschrift (KIJK).

sdr

Om acht uur loop ik naar beneden, waar ik de eerste ben die zich meld voor het ontbijt. Ook hier geen buffet maar een tafel vol met lekkers voor mij alleen.

Ik eet er goed van, want ik heb vanmorgen echt trek. Daarna weer terug naar mijn kamer, tanden poetsen, laatste controle op mogelijk achtergelaten zaken en dan afrekenen. Tot mijn verbazing is de rekening lager dan dat ik via Booking.com heb doorgekregen, maar aangezien ik het anders ook naar boven afgerond zou hebben, doe ik dat nu ook. Veertig euro voor een overnachting met ontbijt, daar kan je niets negatiefs van zeggen toch?

Om kwart voor negen rijd ik weg, vandaag hoofdzakelijk naar het westen, tussen Bielefeld en Paderborn door, op weg naar huis. Na ca. anderhalf uur drink ik koffie in Marienfeld en een kilometer of drie, vier verder tank ik de motor nog een keer vol met E10.

Steeds binnendoor, nu ten noorden van Münster langs. In Osterwick zie ik een bakkerscafé. Ik bestel daar een broodje en een kop koffie. Ik mag ook het toilet gebruiken en ga dan weer door.

Ik was van plan om in Ahaus nog even te tanken voor ik de grens naar Nederland oversteek, maar zolang ik met mijn snelheid niet boven de 100 km/uur kom is de 1200GS lekker zuinig, dus is het de moeite niet dat ik stop om te tanken.

In Zwillbrock steek ik de grens over naar Nederland, maar kom in Groenlo in de problemen met de route omdat het nieuwe industrieterrein niet in de Zumo, maar ook niet in MRAN staat. De volgende keer ga ik wel via Eibergen.

Dan onder andere via Ruurlo naar Zutphen. De route loopt eigenlijk niet door de binnenstad van Zutphen, maar ik wil daar even de stad in en ook wat drinken. Ik parkeer de motor aan kant van de Ijsel in de binnenstad en vind nu pas een praktische toepassing van een onlangs gekochte Flexsafe. Dit is een tasje van met metaal versterkt Kevlar dat je met een cijfercombinatie afsluit en bevestigt aan waar je maar wilt (flex!). Ik stop daar de apparatuur in die opgeladen moet worden en voed het met de usb-kabel die aangesloten is op de motoraccu. Het geheel bevestig ik aan de valbeugel van de motor.

Ik vind even later aan de andere kant van de binnenstad een geschikt terras. Wel weet ik direct weer dat ik in Nederland ben (afgezien van de verkeersdrempels): voor een alcoholvrij 0,33 biertje betaal ik € 3,25!

Wanner ik weer terug bij de motor ben rijd ik het laatste stuk onder andere via Eerbeek, Loenen en Otterlo terug naar Barneveld. In Barneveld tank ik de motor af voordat ik naar huis rijd en zie dat het verschil tussen de Duitse E10 en de Nederlandse E5 nog altijd zo’n 20 eurocent per liter is.

Om tien voor half vijf rijd ik de oprit naar ons huis op en word ik begroet door Paulette, die blij is dat ik weer heelhuids thuis ben.

Zij is ook degene die vrijwel meteen ziet dat ik een afdekkapje van het chassis van de motor mis. Vast en zeker onderweg verloren…