Maandag 9 september
Vandaag willen we naar het Lake Korrision. Dat ligt aan de westkust, ten zuidwesten van Kerkyra. We staan op de normale tijd op, ontbijten en pakken de auto om naar het zuiden af te reizen. We ontwijken Kerkyra, want er staan al files om de stad in te komen.
We vinden het meer ten zuiden van Chalikounas en parkeren de auto aan de rand van het meer. Op de kaart lijkt het er op dat je het niet rond kunt lopen vanwege een “inlaat” naar de zee. Het is een meer van ca. 5 bij 2 km dat via een inlaat tussen de zandduinen in, in contact staat met de zee. Het meer is via een smalle landtong gescheiden van de zee. We lopen vanaf de auto naar de zee en lopen dan langs de waterlijn naar het zuidoosten. Onderweg begint het te betrekken en even later valt er een buitje regen. Wanneer we bij de “inlaat” arriveren, moeten we een stukje van de waterlijn naar de inlaat lopen. Er ligt hier een dikke laag verdroogd zeewier, dus daar moeten we overheen kunnen lopen. Dachten we, maar we zakken er tot onze enkels in weg. Onze sandalen en voeten nat en onder het zand!
Er is een provisorische brug gebouwd over de inlaat, van boomstammen met daar overheen planken. Daar gaan we naast zitten om onze sandalen en voeten af te spoelen.
Wanneer alles weer schoon is, lopen we terug over dezelfde landtong, maar dan aan de zijde van het meer. Hier loopt een onverharde weg tussen het meer en de zee. Helaas kun je over de weg lopend geen van beide zien door de zandduinen aan weerskanten.
Het is gelukkig iets harder gaan waaien, want anders was het geen pretje om zo tegen de wind, maar niet tegen de zon beschut te moeten lopen. Ten slotte komen we weer bij de auto uit. We rijden vervolgens naar de oostkust en parkeren de auto in Moraitika. We gaan op zoek naar een supermarkt en kopen daar onze lunch. Nu nog een mooi plekje vinden om het te kunnen nuttigen.
We lopen naar het strand en zoeken daar een geschikte plek. Die vinden we bijna aan het einde van het strand in de vorm van een afgedekte waterput. We gaan op de rand van de put zitten en eten hier onze lunch. Om ons heen staan overal ligbedden met, zo te horen, voornamelijk Oost-Europeanen.
Na de picknick op de put, lopen we het strand af en dan naar boven, naar de doorgaande weg. We lopen langs de winkels, maar vinden niets van onze gading en lopen aan het einde van de winkelstraat naar beneden. We vinden daar onze Panda terug. We rijden het dorp in zuidelijke richting uit omdat we een andere route willen rijden dan de heenweg.
De route gaat de bergen in en heeft voldoende (haarspeld)bochten. Paulette rijdt en ik navigeer en dat gaat redelijk goed. Soms valt het moeilijk te zien, waar een zijweg ligt, wanneer je die in moet slaan. Voordat je het weet ben je er voorbij.
We komen voorbij Kerkyra de bergen weer uit en koersen dan zo naar Gouvia. De auto wordt bij het hotel geparkeerd en wij gaan ons omkleden om te gaan zwemmen. Ondanks dat het even licht heeft geregend, klaart het nu weer helemaal op en is het ook meteen een stuk warmer.
In het zwembad is een Nederlandse mevrouw aan het ballen met een Albanees gezin van moeder met zoontje en puberdochter. Wij zwemmen in hetzelfde water en krijgen af en toe een bal voor onze neus. Ik ga meespelen met het balspel. Paulette gaat lekker in de zon zitten.
Het zoontje krijgt er geen genoeg van. Af en toe krijgt hij zwemles van de Nederlandse mevrouw die zegt dat ze vroeger badjuf was, maar daarna moet de bal weer gegooid worden. Ik word op een gegeven moment afgelost door een andere man, en daarna wordt die weer afgelost door nog een andere man, tot ik het weer overneem. De jongeman is niet moe te krijgen. Al met al ben ik ruim een uur aan het ballen en hebben we allemaal plezier.
Ik zit bij Paulette in de zon te drogen, wanneer we zien dat onze geheel getatoeëerde buurman een vrouw opmerkt die in haar eentje aan de kant van het zwembad is gaan zitten. Haar zoontjes zijn aan het zwemmen. Hij doet net of hij gaat ballen met de kinderen, maar zit al gauw aan de kant met haar te praten. Het valt ons op dat de vrouwen die alleen zitten, er op kunnen rekenen dat ze door hem aangesproken worden, of ze nu met of zonder partner in het hotel verblijven.
Wanneer het al zes uur is geweest, pakken wij onze biezen en gaan ons gereed maken voor het diner. Zo’n anderhalf uur later zitten wij bij een restaurant en plaatsen onze bestelling. Na de maaltijd vraag ik de rekening en die krijg ik maar dan “moeten” we eerst een drankje van het huis drinken. We kiezen voor een espresso en betalen daarna de rekening.
Vervolgens gaan we terug naar onze hotelkamer om een plan te maken voor morgen en mijn verhaal te schrijven.
Het is lastig om een plek te vinden voor een korte wandeling, want er is weinig vlak op dit eiland. Ten slotte hak ik de knoop door: we gaan morgen kijken bij de “Beroemde Ortholithische Rots van Pentati” aan de westkust. Het kan zijn dat het hoogteverschil toch nog te hoog is om daar te wandelen, maar dan hebben we in ieder geval de “Rots” gezien.