Woensdag 26 augustus

Om 4:00 uur ben ik al klaar wakker. Ik weet het niet zeker, maar ik vermoed dat de oorzaak in de zware maaltijd van gisteravond zit, te vet en te zout, ondanks dat ik het heerlijk vond. Aangezien ik de slaap niet meer vatten kan, beluister ik maar een aflevering van OVT, een podcast over de Onvoltooid Verleden Tijd, een geschiedenisprogramma dus.

Het is half zeven als ik dan toch maar uit bed stap. Dan ga ik mijn tijd maar nuttig besteden, eerst even fitnessen, dan douchen vervolgens de motor gereed maken voor vertrek. Ik pak mijn reistas in en bevestig hem op de motor, maak mijn helm schoon en droog mijn zadel dat nat geworden is van de dauw. Dan pak ik mijn telefoon en maak een paar foto’s voor Polarsteps, de app waarmee ik mijn route toon aan diegenen die het leuk vinden om mij op mijn tocht te volgen.

Wanneer het acht uur is, ga ik kijken of mijn ontbijt al klaar staat. Dat staat er dus nog niet en de deur van het restaurant is ook nog gesloten. Het is muisstil in dit dorp, afgezien van de kerkklok die zojuist acht keer heeft geslagen. Helaas is het in huize Il Combattente ook nog muisstil. Ik besluit om nog geen stennis te maken, ik ben tenslotte in Italië. Na een kwartier, begin ik me toch ongerust te maken, moet ik zonder ontbijt weggaan? Maar ik moet ook nog afrekenen. Er staat wel een telefoonnummer op de deur, zal ik dat nummer bellen?

Ik ga dan maar alles klaar zetten om weg te rijden, dan hoef ik straks alleen nog mijn tanden te poetsen en op te stappen. Er komt dame in een auto aangereden, zij parkeert hem bij het B&B en komt het terras op lopen. Ik spreek haar aan in het Engels, en vraag of zij voor het ontbijt moet zorgen. Ze spreekt geen Engels, maar begrijpt dat het om het ontbijt gaat. Ze heeft in ieder geval een eigen sleutel van de deur van het restaurant. Ze gaat aan de slag en even later staat ook mijn gastheer slaapdronken in de deuropening. Hij vertelt dat het er allemaal aankomt. De dame dekt een tafel buiten op het terras, ze zet een schaal met diverse jams op tafel en pakjes voorverpakte toast.

Mijn gastheer vraagt wat ik wil drinken, ik vraag om thee, maar krijg even later een cappuccino. Wanneer ik jam op de toast wil aanbrengen, merk ik dat ik een vork heb in plaats van een mes. De gastheer vraagt of ik kaas wil, even later komt er een schaal met taartpunten in plaats van kaas. Ondertussen wordt er een pak tomatensap en een fles bronwater bij mij op tafel gezet.

Ik maak twee pakjes toast op met jam en neem een taartpunt, drink mijn cappuccino en enkele glazen water en ga dan terug naar kamer 4 om mijn tanden te poetsen. Dan nog afrekenen en de sleutel inleveren. Hij rondt het bedrag naar beneden af en zegt dat ik, mocht ik nog een keer terugkomen, beter met hem zelf kan mailen, dan kan het goedkoper. Ik betaalde zojuist € 30,00 voor één nacht met ontbijt… Ik krijg ook nog een fles witte wijn mee, voor thuis. Daar zit ik niet echt op te wachten, dood gewicht in de koffer, maar ik wil hem ook niet voor het hoofd stoten en neem hem dankbaar in ontvangst.

Om kwart voor negen rijd ik weg, het dorp uit, maar ook de heuvels uit de vlakte in. De route is lang zo mooi niet als in de bergen, maar dat wist ik van te voren. Ik moet een behoorlijk groot vlak deel oversteken vandaag. Ik rijd pal naar het zuiden tot de rivier de Adige, die volg ik over de dijk naar het oosten tot Rovigo. Daar in de buurt zet ik om half elf de motor stil bij een verlaten, maar wel actief tankstation.

Ik heb vanmorgen alleen mijn hemd aan onder de motorjas en dat ging goed. Nu wordt het alsmaar warmer en zet ik alle ritsen van mijn jas en broek open, zodat ik wat wind vang.

Ik drink een flesje leeg en moet dan natuurlijk ook weer wat kwijt, maar aangezien hier niemand is, is dat ook geen probleem. Een half uur na aankomst ga ik weer verder, nu weer pal naar het zuiden, ik steek de rivier de Po over, dus dan moet dit de Povlakte zijn. Zo vlak het lijkt Nederland wel.

Om een uur of twaalf arriveer ik in Portomaggiore, ik parkeer bij een Eurospin supermarkt en koop daar mijn lunch voor vandaag. Omdat ik maar drie artikelen heb om af te rekenen, mag ik van een mevrouw voor haar (overvolle boodschappenkar). Ik dank haar vriendelijk en wacht haar buiten op. Zodra ze buiten komt zet ik de fles witte wijn bij haar in het winkelwagentje en maak duidelijk dat ik hem niet meer wil. Verbaasd neemt ze hem aan en ik ben er op een mooie manier van af.

In de schaduw gebruik ik de lunch. Daarna pak ik mijn koelvest die ik in vanmorgen drijfnat heb gemaakt met kraanwater en in een plasticzak op mijn reistas heb gebonden. Ik trek het natte vest, dat eigenlijk een gilet is, over mijn nylon hemd aan en doe dan mijn motorjas aan. Onder het rijden vangt het vest wind, het water wil verdampen, maar heeft daarvoor warmte nodig. Die warmte haalt het dan uit mijn lichaam dat heerlijk koel blijft.

Dan gaat het verder naar het zuidoosten, richting Ravenna en daar vandaan naar de heuvels aan het einde van de Povlakte. Bij Bivo Montegelli rijd ik eindelijk weer de heuvels in, maar de pret is van korte duur: wat een slecht asfalt ligt er hier! Op sommige stukken durf ik niet harder te rijden dan 30, zeker nadat ik op een gegeven moment letterlijk uit de bocht stuiter en in de berm terecht kom. Gelukkig blijf ik koelbloedig en houd de motor in de berm onder controle, zodat ik er ook weer uit kan sturen. Maar waarschijnlijk was het meer geluk dan wijsheid…

Na het oversteken van de rivier de Marecchia, richting San Marino worden de wegen gelukkig weer iets beter. Ik stop nog een keer om wat vocht te wisselen en nog een keer om te tanken en ga dan door voor het laatste stuk, door het staatje San Marino. Op een gegeven moment kom ik uit bij de rivier de Conca en die volg ik tot San Giovanni in Marignano.

Om kwart over vier zie ik de dames op ons vakantieadres. Ik stap af en word hartelijk begroet. Zij zijn er al ruim een uur en hebben het huis al ingericht. De slaapkamers zijn verdeeld, maar de omgeving is nog niet verkend.

Nu eerst tijd voor een alcoholvrij biertje, dat Paulette van huis had meegenomen, op ons ruime terras.

Even later maak ik kennis met de bovenbuurman die ook de verhuurder is. Hij biedt een van zijn garageboxen aan om mijn motor te stallen, natuurlijk ga ik op zijn aanbod in.

‘s Avonds gaan we in het dorp op zoek naar de eetgelegenheid die onze verhuurder ons heeft aangeraden. Omdat Paulette en ik in een uurtje tijd compleet lek geprikt zijn geworden door kleine mugjes, gaan we eerst naar de drogisterij om anti-muggen-spray te kopen.

We vinden ook het aangeraden restaurant en eten er alle drie een pizza. Tijdens het zoeken hebben we gezien dat dit dorp een klein maar gezellig centrum heeft.

De koffie drinken we op ons eigen terras en we maken een plannetje voor morgen. We willen lopend naar Cattolica, een kilometer of vijf hier vandaan, kijken op het strand en wat winkelen. Morgenochtend zullen Wilma en Paulette boodschappen gaan doen voor ons ontbijt.

Na het uitlezen van de Garmin Zumo blijk ik vandaag 322 km afgelegd, 7,5 uren gereisd, 5,5 uren gereden en 2 uren stil gestaan te hebben.

Daarna vinden de dames het welletjes voor vandaag, ze gaan slapen, terwijl ik aan mijn verhaal ga schrijven. Ik schiet niet erg op, want schrijven en ondertussen met deze en gene appen, is leuk maar dat valt niet mee. Maar net na middernacht staat mijn verhaal online.