Solo in 4 dagen rond Ruhrgebiet
Zaterdag 27 t/m dinsdag 30 augustus 2022
Vorige maand ben ik vier dagen weggeweest op de motor ondanks dat het niet lekker ging (qua gezondheid) met mijn echtgenote Paulette. Zij was degene die er op aandrong dat ik er even tussenuit moest gaan.
Volgende week heb ik een week vakantie en ook nu laat Paulette weten dat het goed voor me is om al het “gedoe” rond onze situatie even letterlijk achter me te laten. Aangezien ik motorrijden toch een van de leukste bezigheden vind, heb ik weer een route uitgezet voor mezelf. Dit keer niet meer één hotel als uitvalsbasis, maar een rondrit. Ik heb een rit van vier dagen rond het Roergebied / Ruhrgebiet uitgezet.
De gezondheid van Paulette loopt nog steeds achteruit en doordat ik een rondrit ga rijden heb ik constant al mijn spullen bij me. In geval het “misgaat” met Paulette, kan ik ter plekke een route kiezen via de autosnelweg om, zo snel als mogelijk is, thuis te zijn.
Een route rond het Roergebied heeft voldoende mooie wegen voor me in petto, denk ik. Daar komt nog bij dat ik niet ver van huis ben, dus durf ik het aan om te gaan.
Voor de eerste reisdag is het plan om via de autosnelweg Nederland te verlaten in oostelijke richting. Zodra ik op Duits grondgebied ben zal ik een route rijden naar het oosten, ten noorden van het Roergebied tot bijna in Bielefeld. Ik schat zo in dat ik die dag de route rijd die het minst mooie gedeelte vormt van mijn 4-daagse rondrit, al heb ik de route met zorg uitgezocht. Het laatste stuk van de route van die dag daal ik dan af naar het zuiden naar het noordelijke deel van het Sauerland.
Mijn motor is een BMW R1200GS (30-jaar-GS-uitvoering) uit 2011. De routes zijn gemaakt met MyRouteApp (MRA). Ik navigeer met MyRouteApp Navigation (MRAN) op een Lenovo 7 inch tablet. De gesproken navigatieaanwijzingen ontvang ik op de, in mijn Nolan N100-5 valhelm ingebouwde, speakers die verbonden zijn met een bluetooth ontvangertje. Aangezien de Lenovo tablet zelf geen simkaart heeft, gebruik ik de hotspot van mijn smartphone om data te ontvangen.
Ik ben voor “genodigden” live te volgen via de gratis app “Polarsteps”. De route die ik afleg, de foto’s en tekst bij de stops geven een idee waar ik ben en waar ik mee bezig ben.
Mijn ervaring is dat steeds anderhalf uur rijden, gevolgd door een pauze, het meest prettigst is. Elke dagroute is ongeveer 5,5 uren rijden. Mijn “verplichte” 3 pauzes duren samen ongeveer 2,5 uren, dus zal ik elke dat zo’n 8 uren onderweg zijn. Waarschijnlijk heb ik elke dag ook nog een tankstop nodig om de motor aan de praat te houden en wil ik af en toe nog stoppen om een foto maken. Hoewel ik met de actioncamera, die voorop de motor gemonteerd is, al rijdende foto’s kan maken zolang de kleine accu daarvan het volhoudt. Alleen tijdens een pauze wordt hij weer voorzien van een volle accu.
Zaterdag 27 augustus
Paulette heeft gisteren mijn gele Ortlieb Rackpack (waterdichte reistas) ingepakt, dus wanneer de wekkerradio zich laat horen om 6:30 uur, kan ik alles op mijn gemak doen. Eerst maar eens wassen en iets van kleding aan. Vandaag ga ik voor het eerst met “functioneel ondergoed” rijden. Onderzoek heeft uitgewezen dat dat ondergoed de transpiratie snel en doeltreffend verwerkt zodat je fris en fruitig blijft. Dus trek ik een set aan van Modeka, maar eens kijken hoe dat bevalt.
We ontbijten vervolgens samen, net als iedere ochtend. Na het tanden poetsen rol ik mijn fitnessmatje uit en doe mijn dingen om het lijf fit en soepel te houden. Daarna is het tijd geworden om alle zaken die ik nodig heb om te navigeren en foto’s te maken op en in de motor te bevestigen.
Ook mijn reistas moet nog op de plaats van de buddyseat bevestigd worden.
Ik blijk het accu-dekseltje van mijn actioncamera zoek gemaakt te hebben. Dan maar een nooddekseltje van karton knippen, anders maakt de accu geen contact. Na een testje blijkt dit te functioneren.
We bellen nog even met mijn schoonzus Tonton in Dubai, want zij is vandaag jarig. Ze laat duidelijk blijken blij te zijn met onze felicitaties. Soms is het zo eenvoudig om iemand blij te maken.
Om even na acht uur komt de thuishulp om Paulette van een nieuwe infuuszak met antibiotica te voorzien. Wanneer dat gedaan is, ben ik ook zo’n beetje gereed om te vertrekken. Paulette en ik nemen afscheid van elkaar en ik moet beloven dat ik het veilig houd.
Omstreeks half negen rijd ik de straat uit op weg naar de A30 richting het zuiden. Nog voordat ik de snelweg bereik, besef ik dat ik de “startfoto” voor Polarsteps niet gemaakt heb. Ik zet de motor stil bij een bushalte en maak alsnog de foto zodat mijn volgers een correct begin van de route krijgen.
Via de autosnelwegen A30 en A12 en een stukje Autobahn tot afslag Isselburg, op de A3 in Duitsland ,ben ik snel op weg. Daarna binnendoor via Bocholt en Borken. Ik kruis de A31 en beland dan in Reken waar ik op zoek ga naar een kop koffie.
Zoals zo vaak in Duitsland vind ik een kop koffie in een bakkerij-café. Het fijne is dat ze hier meestal ook een toilet hebben, want die heb ik wel weer nodig om te voorkomen dat het wildplassen wordt.
Het weer is prima, alleen is de zon, die er af en toe nog was in Nederland, compleet achter de wolken verdwenen. De temperatuur is gelukkig prima, het schommelt rond de 20 graden Celsius. Na deze pauze kan de windstopper die ik onder mijn motorjas aangedaan heb wel uit. Het is warm genoeg.
Vervolgens verder binnendoor naar het oosten. Bij Haltern am See rijd ik tussen twee stuwmeren door, maar ik zie er vanaf de weg bitter weinig van. In ieder geval blijf ik ver van het Ruhrgebiet.
Ik kruis de A1 en rijd dan het plaatsje Sendenhorst in voor mijn lunch. Ik parkeer de BMW op het trottoir en wandel het dorp door.
Ik kies toch weer voor een bakkerij-café.
Het blijkt dat ik net op tijd mijn bestelling door heb gegeven (koffie en twee belegde broodjes), want er komt net een zestal motorrijders uit het Verenigd Koninkrijk (GB) binnen dat hetzelfde bedacht heeft als ik. Wanneer ik buiten aan een tafeltje wil gaan zitten, lijkt het er op dat ze alle tafeltjes bezet hebben. Ik vraag aan een van de mannen of ze alle stoelen nodig hebben, maar dat is gelukkig niet het geval. Zo hoor ik dezelfde stoere verhalen als die van ons wanneer we met een stel motoren onderweg een pauze hebben.
Op een gegeven moment vraagt een van de heren of ik een foto wil maken van het stel ongeregeld. Hetgeen ik natuurlijk doe voor de Britten.
Daarna breng ik mijn blad terug en maak gebruik van het toilet voordat ik weer naar mijn motor terugkeer.
Ik vervolg mijn geplande route, tot nu toe gelukkig nog steeds zonder “Umleitung”en nog steeds richting het oosten. Ook nog steeds ten noorden van de A2, beland ik even later in het plaatsje Herzebrock waar ik de motor voorzie van verse brandstof. Dit keer had ik bijna 250 km afgelegd sinds de laatste tankbeurt. In principe had ik nog voldoende brandstof voor een kleine 100 km meer, maar toch wel prettig om te tanken met een beetje marge.
Daarna door naar het oosten, om Gütersloh heen tot bijna in Bielefeld. Maar vandaar draai ik naar het zuiden. De route wordt steeds mooier naarmate ik zuidelijker kom. Ik kruis nog de A2 en rijd dan het dorp Verl binnen. Ik parkeer de motor en verken wandelend het kleine centrum. Er is keuze genoeg wat betreft gelegenheden om iets te drinken. Ik beland ten slotte op het terras van een Biergarten en bestel een cola. Degene die me bedient lijkt een beetje teleurgesteld dat ik niets wil eten, maar ik heb (helaas voor hem) nog geen trek.
Nadat ik mijn flesje leeg gedronken heb, reken ik af en maak gebruik van het keurige toilet.
Volgens MRAN is het nog een uur rijden tot het hotel dat ik voor vannacht heb geboekt. Dus zet ik koers naar het zuiden. Het navigatiesysteem heeft het bij het goede eind: na een uur bereik ik het plaatsje Weine bij Büren. Of heeft hij het toch niet bij het goede einde, want wanneer MRAN aangeeft dat ik mijn bestemming bereikt heb, zie ik nog geen Almehof. Ik rijd een stukje verder en zie dan een hotel van opzij maar twijfel of dit het hotel is dat ik moet hebben. Ik controleer het via Booking.com en als ik het parkeerterrein van het hotel op rijd, zie ik dat ik goed zit.
Het hotel voor vannacht, Almehof Thöne, heeft niet te klagen, er is voldoende klandizie te beoordelen aan de auto’s die er geparkeerd staan. Ik kan pas na 16:30 uur inchecken, en aangezien het bijna zo laat is, reinig ik eerst mijn valhelm voordat ik hem in een zijkoffer opberg. Ik laat mijn Ortlieb nog even op de motor zitten en meld me in het café aan de bar. Een jongeman loopt direct met me mee en wijst me kamer 10 op de begane grond. Ook maakt hij plek in een garage, want hij had begrepen dat ik mijn motor graag onderdak stal.
Mijn kamer voor vannacht is een kleine eenpersoonskamer maar voorzien van alles wat ik nodig heb. Ik haal mijn reistas van de motor en zet de BMW achteruit in de garage. Er is daar niet veel plek vrij, maar het past precies.
In mijn kamer pak ik een setje schone kleren uit de tas en neem een verfrissende douche. Dat wil zeggen nadat ik al mijn apparatuur aan de lader gehangen heb en voorzien heb van de correcte WLAN (wifi) -gegevens, zodat ik geen onnodige Mb’s verbruik.
Het is nog steeds zo rond de 20 graden Celsius en nog te vroeg voor het diner. Ik ga een wandeling maken door het dorp. Het blijkt niet zo groot, dus wordt het geen lange wandeling.
Omstreeks zes uur ben ik weer terug op mijn kamer en pak mijn laptop, tablet en telefoon om mee te nemen naar het restaurant. Binnen zit een heel koor mannen voetbal te kijken, het is daar ook nog behoorlijk warm, dus vraag ik een tafeltje in de serre waarvan de deur naar buiten open staat.
Ik begin alvast te schrijven aan mijn verhaal. De alkofreie Erdinger komt al snel en even later ook mijn avondeten. Wanneer het me gesmaakt heeft schrijf ik nog even door tot ik mijn bier op heb.
Ik overleg met de jongeman achter de bar wanneer ik mijn avondeten moet betalen. Als ik dat wil mag ik ook alles morgenochtend betalen. Aangezien ik dat wel makkelijk vind kies ik voor die optie.
Voordat ik naar mijn kamer ga, zet ik hem ondanks dat hij onderdak staat, op slot met het remschijfslot.
Ik neem plaats op mijn bed en trek de foto’s uit de actioncamera om ze te bewaren op een usb-stick. Daarna bel ik met Paulette, die problemen heeft met haar smartphone. Gelukkig heeft ze een oude smartphone van mij aan de praat gekregen, zodat we er zo min mogelijk van merken in ons contact.
Vervolgens schrijf ik verder aan mijn verhaal. Ik pak daarna mijn favoriete maandblad, de KIJK en sla aan het lezen totdat ik voel dat het bedtijd is.
Zondag 28 augustus
Wel een paar keer wakker geweest vannacht en vanmorgen vroeg, maar me toch bijna verslapen! Ik blijk wel de wekfunctie van mijn telefoon ingesteld te hebben, maar heb hem niet “aangezet”. Gelukkig krijg ik om tien voor half acht een berichtje van Paulette…
Normaal gesproken heb ik ‘s morgens tijd over om alvast mijn Ortlieb op de motor te bevestigen voor het ontbijt, maar dat gaan nu niet meer lukken. Ik werk mijn ochtendritueel af en ben dan om acht uur klaar voor het ontbijt. Het ontbijt is alleen nog niet helemaal klaar voor mij.
Mijn jonge gastheer verontschuldigt zich door te melden dat het ontbijt bijna klaar staat, het was gisteravond nogal laat geworden, vandaar. Hier kennen zeker niet het gezegde “’s Avonds een man, ‘s morgens een man”?
Maar hij doet zijn best om het gezellig te maken in de ontbijtruimte: hij vraagt en vertelt wat, de muziek gaat aan en even later komen de verse broodjes van de bakker te voorschijn. Mijn thee, komt er ook al aan, alleen voor het gekookte ei moet ik nog wat geduld hebben.
Ik leer van hem, dat als wij het hebben over “binnendoor rijden” in de trant van “geen snelweg” dat de Duitser dan zegt “auf der Landstrasse fahren”, “innendurch fahren” blijkt niet correct te zijn.
Hij heeft ondertussen nog even gekeken of mijn motor er nog is en hij vertelt dat hij er nog steeds staat. Gelukkig wel!
Omdat ik toch nog even moet wachten op mijn eitje, trek ik maar vast een bekertje Almhof vruchtenyoghurt open, heb ik mijn kalk ook weer binnen. En een bonk suiker waarschijnlijk.
In mijn kamer is het slechts nog de tanden poetsen, alles bij elkaar rapen, de sleutel terugbrengen en afrekenen. Ik had wat muntgeld opzij gelegd om als fooi te geven, maar op het moment dat ik met het plastic kaartje betaal, kan ik het in geen enkele van de twintig zakken meer vinden. Ik vraag de sleutel weer terug en zoek in mijn kamer, maar gelukkig had ik het daar niet laten liggen. Dus toch in zak nummer 21? Ik doorzoek nogmaals mijn zakken, er zitten ook te veel zakken in zo’n motorpak, en vind de munten alsnog.
Om even voor negen uur heb ik alles weer op zijn plek bevestigd en de apparatuur ingesteld. Kortom klaar om te vertrekken. Gisteren werd de route naarmate ik verder van huis was steeds mooier, maar vandaag zou het eigenlijk alleen maar mooi moeten zijn qua rijden. We zullen zien of dat gaat lukken.
Ik vertrek naar het zuiden, meteen al een super mooie weg met machtige bochten langs het riviertje de Alme naar het plaatsje Alme. Dan ruim om het stadje Brilon heen, via nog steeds een prachtige weg tot bijna in Willingen / Upland. Vervolgens via de rondweg van Korbach, over een schitterende weg naar Herzhausen aan de Edersee voor de koffie. Althans dat was het plan. Er is daar echter (nog) niets open, dus rijd ik maar door.
Tussen Frankenau en Altenhaina stop ik op een natuurparkeerplaats met van die picknick bankjes. Ik ben daar de enige en drink mijn flesje cola half leeg dat ik van thuis meegebracht heb. Ik maak wat foto’s en merk dat de zon het gaat winnen van de wolken vandaag. Ook leeg ik nog even mijn blaas.
Na deze pauze zonder koffie, nog steeds naar het zuiden tot Bockendorf, dan naar het westen, neem een stukje rondweg van Frankenberg en verder tot Ludwigshütte, vervolgens weer naar het zuiden tot in Dautphe, want daar tank de BMW weer vol met E5 benzine. En dat alles met prachtige wegen! Uitgezonderd de stukjes waarvan de route erg mooi is maar waar je dat van het asfalt niet kunt zeggen. Maar dat mag de pret niet drukken.
In Gladenbach parkeer ik de motor en wandel door het centrum om een geschikt etablissement voor mijn lunch te vinden. Ik beland alweer bij een bakker, alleen heeft hij op zondag geen belegde broodjes! Ik koop dan maar twee goed uitziende broodjes en een nieuw flesje cola (voor onderweg). De broodjes eet ik zonder beleg op het terras van de bakkerij op. Ze smaken ondanks het ontbreken van het beleg uitstekend. Ook hebben ze een klantentoilet, alleen moet je daarvoor de sleutel vragen.
Bij de motor teruggekomen drink ik het “oude” halve flesje cola leeg en bevestig het nieuwe flesje aan de motor. Na de lunch gaat de route richting het zuidwesten, langs de Aartalsperre oftewel het Aardal-stuwmeer. Vandaar volg ik het riviertje de Aar, niet te verwarren met de Ahr, naar het westen. Net voor Burg steek ik hem over om naar het zuiden te koersen om het riviertje de Dill te volgen. Nog steeds een prachtige route.
In Sinn steek ik het riviertje de Dill over en kruis ik de A45, richting het westen. In Westerburg in het Westerwald wil ik op zoek naar een terras voor een drankje. Maar de weg is afgesloten. Ik volg dit keer de omleiding die MRAN me voorstelt zodra ik het routepunt “Westerburg” oversla. Hoewel ik in no-time terug ben op mijn originele route, heb ik wel een drinkpauze gemist.
Ik had die in kunnen halen in Montabauer, maar de route leidt me over een stuk autoweg langs de plaats en ik ben er voorbij voordat ik er erg in heb.
In de veronderstelling dat ik wel door een andere dorp kom met een restaurant rijd ik verder. Ik heb ondertussen de A3 gekruist en rijd naar het zuidwesten. Helaas is dit stukje van de route, dus van Montabauer tot de Rhein, een beetje saai. Maar misschien ben ik ook wel verwend door de prachtige wegen tot Montabauer.
Ten zuiden van Koblenz steek ik de rivier de Rhein over. Dan klim ik omhoog naar de hoogte die de Rhein scheidt van de rivier de Mosel, het Koblenzer Stadtwald. Daar vind ik een parkeerplaats in het bos en laat mijn billen even afkoelen. De temperatuur is de laatste twee uren fiks gestegen tot 27 graden Celsius. Nu kan ik wel beoordelen of het functionele ondergoed zijn werk doet. Ik moet zeggen dat dat tot een graad of 25 goed te doen was, maar nu rits ik wel de stukken van mijn jas los om hem in doorwaai-jas te wijzigen. Voor mijn benen voel ik nog niet de noodzaak om van de broek een doorwaai-broek te maken, dus laat ik de ritsen daarvan dicht.
Volgens MRAN nog een stukje langs de Mosel en dan zou ik over een klein half uur bij mijn hotel moeten zijn. Ik stop onderweg nog even om een foto te maken van de Mosel en de brug van de A61 er over en steek de rivier dan iets verderop over om in Kobern-Gondorf te arriveren. Daar in Gästehaus in der alte Kellerei overnacht ik als het goed is.
Alleen is de locatie niet helemaal duidelijk. Het adres is “Marktstrasse 20” maar alle kaarten laten het zien aan de “Moselweg”. Ik rijd over de Moselweg maar zie geen hotel, ik rijd er omheen over de Marktstrasse maar zie alleen in de buurt van nr. 20 Hotel Haupt. In eerste instantie parkeer ik daar de motor maar twijfel en besluit dan toch weer terug te rijden naar de Moselweg en parkeer de motor in de buurt waar het Gästehaus Alte Kellerei zich zou moeten bevinden. Dan zie ik een bordje met de tekst dat men zich kan aanmelden voor de Alte Kellerei op nr. 12 van de Marktstrasse. Ik laat de motor staan en ga lopend op weg naar nr. 12?
Ik loop dan maar naar het terras van Hotel Haupt om te vragen hoe het zit. Ik blijk goed op weg te zijn, de Alte Kellerei is het Gästehaus van Hotel Haupt, voor mij niet helemaal duidelijk, maar goed ik krijg de sleutel van kamer 11 die gesitueerd is aan de achterzijde van het pand aan de Moselweg. Via een smal steegje loop ik terug naar de motor en rijd dan door het steegje (het past precies) naar de parkeerplaats waar ik net ook al even stond. Alleen zet ik hem dit keer in het zicht. Dat wil zeggen, als ik uit het raam van mijn kamer naar beneden kijk. Ondertussen heb ik het behoorlijk warm gekregen en ben ik toe aan een douchebeurt.
In mijn kamer laat ik al mijn spullen vallen en haal voorlopig alleen mijn toilettas en ondergoed te voorschijn. Dan spoel ik eerst mijn functioneel ondergoed uit, zodat die zo lang mogelijk de tijd heeft om te drogen en vervolgens onder de douche, die gelukkig prima werkt. Daarna meld ik het thuisfront dat ik weer heelhuids in het hotel voor vannacht aangekomen ben.
Ik kleed me vanavond in korte broek en hemd en loop dan even later op teenslippers het dorp in. Ten slotte kom ik terecht op de oude marktplaats, hier noemen ze het “Alte Marktplatz”. Dit is een leuk en gezellig plein met allemaal restaurants er omheen. Ik kies een pizzeria en bestel een alcoholvrije Erdinger en een pizza Calzone. Terwijl ik mijn bier drink en wacht op de pizza geniet ik van het “mensen kijken” op het plein. Wanneer mijn pizza met smaak weg gegeten en mijn halve liter bier op is reken ik vijftien euro af, inclusief fooi.
Ik wandel nog wat verder door het dorp, beland weer bij de rivier en kan het niet laten om nog een foto te maken. Dan wandel ik via een omweg door het dorp terug naar de Alte Kellerei en begin in mijn kamer te schijven aan mijn verhaal.
Na half negen hebben Paulette en ik nog even telefonisch contact, zodat we elkaars dag kunnen doornemen en natuurlijk om elkaars stem te horen. Beeldbellen via WhatsApp lukt op een of andere manier niet, dus dan maar ouderwets “bellen”.
Op mijn kamer bestaat de mogelijkheid om een kop koffie te maken met behulp van een waterkoker en oploskoffie, dus maak ik er maar gebruik van.
De foto’s worden van de actioncamera naar de geheugenstick overgebracht voor later gebruik. En daarna heb ik nog tijd om mijn kamer op orde te brengen en misschien nog wat te lezen voordat ik me gereed ga maken voor de nacht.
Maandag 29 augustus
Dit keer ben ik al wakker voordat mijn telefoon zijn werk doet. Ik bezoek het toilet en ga terug in bed waar ik met behulp van het internet het radiojournaal van 7:00 uur beluister. Daarna ga ik aan de slag om mezelf weer fit en even later fris gedoucht te kunnen tonen aan het ontbijt.
Vandaag trek ik het setje functioneel ondergoed van het merk Rukka aan. Maar zien hoe dit bevalt ten opzichte van het setje van Modeka. Ik laat wel de windstopper achterwege onder mijn motorjas, want een shirt over het ondergoed moet voldoende zijn met temperaturen tussen de 20 en de 25. Het is nu nog wel fris, maar het wordt vanzelf warmer volgens de weersverwachting.
Zoals ik gepland had, heb ik nog tijd over om mijn knalgele reistas op de motor te bevestigen. Het remschijfslot laat ik nog maar even zitten. Mijn helm heb ik gisteren niet schoongemaakt dus die neem ik ook maar eens onder handen.
Daarna ga ik kijken wat meneer Molenaar (ja, zo heet de Duitse eigenaar van het Gästehaus) voor ontbijt voor me heeft klaarstaan. Dit keer geen buffet, maar wordt alles bij me gebracht. Het blijkt een zeer uitgebreid ontbijt wat hij bij me op tafel zet. Ik schat zo in dat ik er nog geen vijfde van ga gebruiken, maar het ziet er fantastisch uit.
Ik begin maar eens met een broodje, dan een bekertje yoghurt, een pruim, nog een broodje, een glaasje appelsap, een glas thee, nog een glas appelsap en tot slot een gekookt ei. Ik denk dat ik het hiermee wel een uurtje volhoud.
Op mijn kamer nog slechts de tanden poetsen, de laatste zaken in de rugtas en dan de sleutel inleveren en afrekenen.
Het remschijfslot gaat van het voorwiel, maar het duurt wel even voordat ik daadwerkelijk wegrijd, want ik moet alle apparatuur eerst weer onder controle krijgen.
Ik vertrek uiteindelijk in zuidelijke richting voor een rondje Hunsrück, ten zuiden van de Mosel. Het is prachtig weer, lekker fris maar niet te koud. Eerst de motor opwarmen op de vlakke weg langs de Mosel, tot Kettenes. Daar is een brug en dat is wel handig om van oever te kunnen wisselen. Aan de andere zijde rijd ik in zuidelijke richting weg van de rivier naar Kastellaun. Dat is wel even werken voor de BMW, maar hij geeft geen verkeerde klap. Precies zoals ik het van hem gewend ben.
Van daar maak ik een bochtje naar het noorden, westen en weer naar het zuiden tot Reidenhausen waar ik weer naar het noorden draai om de Mosel even later weer tegen te komen.
In Treis-Karden aan de Mosel ga ik op zoek naar een kop koffie. Ik parkeer de motor op het kleine plein in het centrum en koop die koffie bij de bakker. Ik drink hem buiten op en geniet op een gegeven moment van een vrouw van middelbare leeftijd. Zij ziet er voor haar leeftijd nog zeker goed uit, maar dat lijkt ze ook te weten. Ze is, vol in mijn gezichtsveld, bezig haar lange haar los te maken en daarna te vlechten. Vervolgens komt er een soort sjaal te voorschijn dat als een hoofddoek om haar hoofd gewikkeld wordt en de einden van de sjaal om haar hals. Wanneer alles goed zit, ze controleert dat door naast mij in het raam van de bakker te kijken, stapt ze op haar fiets er rijd ze weg.
Aangezien mijn koffiekop ook al leeg is, breng ik hem terug en maak mij en de apparatuur weer gereed om te vertrekken voor het vervolg van deze tocht. Straks weer ten noorden van de rivier.
Het rondje Hunsrück was een goede keuze. Prachtige omgeving, mooie wegen, maar heel af en toe stukjes met slecht asfalt. Het meeste nog aan het einde, richting de rivier. Ik heb onderweg trouwens nog een eekhoorntje zijn vege lijf zien redden, altijd leuk om iets “in het wild” te zien.
Na deze pauze volg ik de Mosel een stukje in westelijke richting tot Cochem. Voordat ik het Mosel-dal uit klim naar het noorden, tank ik de motor nog even vol. Ik kruis vervolgens al snel de A48 bij Kaisersech en rijd tot Monreal pal naar het noorden. Daar vandaan draai ik, parallel aan de Erzbach naar het westen. De bedoeling was tot het plaatsje Lirstal, maar na Bermel is de weg afgesloten. Ik rijd een stukje terug en sla dan af naar het noorden richting Ditscheid. Zo rijd ik via Münk en Boos en kom dan toch weer op de originele route terecht. Ik heb dan wel een stukje afgesneden…
Ik rijd naar het westen tot een stuk voor Adenau. Ik zet de motor stil aan de kant van de weg in een bos en laat het overtollige water de vrije loop. Wat kan zoiets opluchten hè? Daarna rijd ik door tot Adenau, draai voor de stad naar het zuiden maar bedenk me dan dat het lunchtijd is en dat er vast in zo’n grote plaats als Adenau wel iets open is waar ik een broodje kan eten. Kortom ik keer om en rijd Adenau binnen.
Het centrum is afgezet, er blijkt een of ander feest te zijn. Ik word omgeleid en kom aan de andere kant van het centrum weer bij een wegafzetting. Ik passeer deze stiekem en zet dan de motor op een stuk trottoir dat voldoende breed is om hem zonder overlast achter te laten.
Lopend door de straat richting de muziek van het feest, valt het op dat alles gesloten is, iedereen lijkt op weg naar de muziek. De drank vloeit overvloedig en de stemming zit er al aardig in. Het is mij te veel herrie, ik loop door tot ik een bakker vind aan het einde van de straat. Daar koop ik een cola en een wrap die ik buiten op het smalle terras verorber.
Daarna loop ik dezelfde weg terug, waarbij het me opvalt dat de mensen nog luidruchtiger geworden lijken. Als ik aan het einde van de straat de motor zie staan, zie ik ook dat er een verkeersopstopping is ontstaan door de omleiding. Er staat een vrachtwagen met zijn neus naar me toe die geen centimeter meer rijdt. Er kan geen verkeer omheen vanwege het tegemoetkomend verkeer, waar ook diverse vrachtwagens bij zijn. Er wordt geclaxonneerd en geschreeuwd, maar er beweegt weinig. Ik reken er stiekem op dat het opgelost is zodra ik op weg ga, want ik heb al gezien dat er geen andere weg is dan langs die vrachtwagen. Op een gegeven moment hoor ik een politiewagen met gillende sirenes naderen. Eens kijken of die beweging kan krijgen in deze verkeerspuinhoop.
Net voordat ik wegrijd is er beweging. Ik rijd de rotonde voor de opstopping aan de verkeerde kant op en dring zo voor, moet kunnen. Ik zie dan dat de bewuste vrachtwagen de bocht kennelijk verkeerd genomen heeft, want hij staat letterlijk met de zijkant vast tegen de muur van de winkel op de hoek.
De file die ontstaan is, is net zo lang als de omleidingsroute, ontdek ik nu ik er langs rijd. Zodra ik Adenau verlaten heb, ben ik blij dat het gelukt is zonder er ook tussen te hebben gestaan.
Na de lunch verder naar het zuiden tot Kelberg, een stukje naar het westen en dan weer naar het noorden tot Blankenheim. Hier draai ik naar het westen en rijd even later langs de Belgisch-Duitse grens naar het noorden tot Ramscheid. Ik verleg de koers naar het noordoosten en zie dan in Hellenthal een leuk terras. Ik bestel een alcoholvrij biertje en bewonder de snor van de eigenaar. Hij is duidelijk van origine geen Duitser. Hij heeft iets Slavisch, met een donkere lange baard met daarboven een lange in twee punten gedraaide snor.
Nadat ik betaald heb en gebruik heb mogen maken van het toilet, maak ik een compliment over zijn snor en vraag hoe hij hem zo in vorm houdt. Hij vindt het leuk dat ik er over begin en vertelt dat hij hem ‘s morgens in model brengt en dat hij dan de rest van de dag er niets meer aan hoeft te doen. Het staat hem goed, vind ik.
Even later zit ik weer in het zadel voor het laatste deel van de route van vandaag. Volgens MRAN nog een uurtje. Ik krijg nog wel een omleiding, die ik maar netjes volg. Zo kom ik in plaats van uit het zuiden, vanuit het noorden Vicht (ten westen van Aachen) binnen. Even voor Vicht heb ik trouwens de motor nog afgetankt. In Vicht zie ik het hotel direct na een wegopbreking. Hier in Hotel Burghof hoop ik de nacht door te brengen.
Ik parkeer de motor op het trottoir voor het hotel en informeer binnen of ze op me gerekend hebben. De oudere dame van de receptie geeft me de sleutel van kamer 1, nadat ik de kamerprijs en het ontbijt afgerekend heb. Zo krijgt ze natuurlijk geen fooi, want eerst maar eens zien of dit alles de €50,00 waard is. Ik ga de kamer inspecteren en vind hem prima: niet al te groot, maar er staat een bed, een kast, een tafeltje met een stoel, er is een badkamer met toilet en douchecabine, en vanuit het raam kan ik mijn motor zien staan.
Wel heb ik gezien dat het restaurant vandaag gesloten is. Zodra ik mijn telefoon heb voorzien van het juiste wachtwoord om gebruik te kunnen maken van de wifi, zoek ik of er nog andere restaurants zijn in de directe omgeving.
Er is een Imbiss hier vlakbij, maar het is niet duidelijk of die open is. Er zijn twee restaurants op ca. 1,5 km hier vandaan: een naar het noorden en een naar het zuiden. Van de zuidelijke kan ik vinden dat hij om 18:00 uur open gaat.
Nadat ik Paulette op de hoogte heb gebracht van de huidige situatie, spoel ik het functionele ondergoed uit en hang het te drogen. Daarna spring ik onder de douche. Niet veel later wandel ik in lange spijkerbroek en shirt vervolgens naar het zuiden. De temperatuur is nog goed, ca. 20 graden, en het is niet slecht om weer eens wat te bewegen. Onderweg bedenk ik wat ik ga doen als het Vichter Landhaus toch gesloten mocht zijn, want de Imbiss (gesloten) ben ik al voorbij. Maar zodra ik bij het Landhaus arriveer zie ik dat er al gasten op het terras zitten. Zo te zien wordt dit een dure avond, want het is een nogal chique tent.
Op het terras mag ik zelf een tafeltje uitzoeken, dat vervolgens met zorg gedekt wordt volgens een speciale volgorde. Ik bestel maar weer een halve liter bier en kies even later uit het menu de pasta met gamba’s volgens het recept van de chef-kok.
Vooraf krijg ik een broodje met smeersels van het huis. Ondertussen heb ik de laptop uit de rugzak gehaald en ben ik al begonnen met het opschrijven van mijn belevenissen tot nu toe.
Wanneer mijn eten wordt geserveerd, schuif ik alles aan de kant. Hetgeen opgediend is ziet er voortreffelijk uit: pasta met pesto en vlokken oude kaas, grote gepaneerde gamba’s er op en daar over blaadjes rucola. Het smaakt al net zo als het er uitziet. Wanneer het bord leeg is, ruil ik hem om voor de laptop en schrijf totdat mijn bier op is. Het is ondertussen al behoorlijk afgekoeld. Ik ga binnen betalen zodat ik naar mijn hotel terug kan om binnen verder te schrijven. Zoals ik al verwachtte, is het een dure avond geworden, maar in ieder geval wel erg lekker gegeten.
Ik wandel weer terug naar het hotel en zoals altijd lijkt de terugweg korter dan de heenweg. In mijn hotel ruim ik eerst mijn kamer op, zodat ik alles weer in één keer terug kan vinden. Daarna positioneer ik me op het bed en ga weer verder met het schrijven van het verhaal.
Rond een uur of half negen bel ik met Paulette. Ze krijgt vanavond een andere vorm van toediening van de antibiotica. De schoudertas met infuuspomp en -zak worden ingeruild voor het “Easy pump”-systeem. Dit systeem houdt in dat de antibiotica uit een bolletje met overdruk langzaam toegediend wordt. Het bolletje kun je gewoon in je broekzak stoppen. De komende weken (ca. vier) worden zodoende voor haar verlicht.
Wanneer we weer op de hoogte zijn van elkaars wel en wee, beëindigen we het gesprek en ga ik verder met het schrijven. Had ik al verteld dat het een prachtige route was vandaag?
Dinsdag 30 augustus
Hoewel ik al vroeg wakker was vanmorgen, ben ik kennelijk toch weer in slaap gevallen, want ik schrik wakker van het gepiep van mijn telefoon. Het duurt even tot ik bij mijn positieven ben, maar zodra ik weer weet wat voor dag het is kom ik in beweging.
Ik heb in deze kleine kamer net ruimte genoeg voor mijn oefeningen en sta daarna onder de douche om het slaapzand dat Klaas Vaak vannacht uitgestrooid heeft, van me af te spoelen.
Kortom ik heb nog tijd over om mijn Ortlieb Rackpack op de motor te bevestigen voordat het acht uur is.
Het ontbijt is goed, maar wel doe-het-zelf. Het theewater staat in de waterkoker, de eieren zijn al een tijdje geleden gekookt, de kaiserbroodjes liggen klaar, de borden, het bestek en de servetten zijn allemaal aanwezig, maar er is geen tafel gedekt. Aangezien ik niemand zie, breng ik de etenswaar en de spullen die ik denk nodig te hebben naar een tafeltje en neem dan plaats. Ondanks deze gang van zaken, ontbijt ik prima en er is zeker van alles voldoende.
Na het ontbijt de tanden poetsen en het toilet gebruiken, daarna de sleutel op de balie, want er is nog steeds niemand, en dan de overige zaken in en op de motor bevestigen.
Het is net half negen geweest als ik in zuidelijke richting wegrijd. Ik passeer het Vichter Landhaus van gisteravond en arriveer dan in het dorp Zweifall. Helaas is het centrum van het dorp niet toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer. Ik denk nog slim te zijn door de omleiding voor de fietsers te nemen maar hoewel ik dan wel aan het andere eind van het dorp kom, kom ik niet op de weg die ik via het centrum wilde bereiken. Ik zet de motor stil langs de kant van de weg en bekijk wat mijn mogelijkheden zijn. Eigenlijk zijn het er maar twee: 1. Terugrijden naar Vicht, eigenlijk geen optie want ik mag niet tegen het verkeer inrijden. 2. Nog verder naar het zuiden rijden, tot de afslag bij Lammersdorf naar het westen en vandaar terug naar het noorden tot Mulartshütte. Het wordt dus optie 2. Wat het er niet gemakkelijker op maakt is het feit dat MRA in tegenstelling tot MRAN geen beeld meer geeft. Het lijkt te maken te hebben met het slechte internetontvangst hier ter plaatse. Gelukkig heb ik de app Osmand nog. Die laat tenminste zien waar ik rijd.
Nu begrijp ik ook waarom in gisteren vanuit het noorden in plaats vanuit het zuiden het plaatsje Vicht inreed.
Een half uur later dan gepland bereik ik Mulartshütte en kan ik mijn originele route weer volgen, al blijft het beeld bij MRA zwart. Waarom MRAN nergens last van heeft? Geen idee, maar ik kan in ieder geval gewoon navigeren.
Ik rijd een stukje naar het zuidwesten om bij Sief de grens over te steken naar België. Na in België de A3/E40 gekruist te hebben, draai ik naar noorden op weg naar de Belgisch-Nederlandse grens. Deze route kenmerkt zich door een aaneenschakeling van langgerekte dorpen, zodat ik niet sneller mag rijden dan 50 km per uur. Geen succes dus, deze route!
De grens steek ik over tussen Gemmenich en Vaals. Zo’n beetje het eerste dat ik tegenkom in Nederland is een 30 km zone. Daarna wordt de 50 km zone afgewisseld door de 60 km zone en de 30 km zone. Wel veilig rijden in Nederland, maar het schiet niet echt op. Dan voert de route me naar het noordwesten via Valkenburg naar Arensgenhout waar ik wat wil gaan drinken. Waren er in Valkenburg nog voldoende geopende terrassen, ik kom ze nu niet meer tegen. Pas voor Doenrade zie ik een bankje aan de kant van de weg dat niet bezet is. Ik parkeer daar de motor en drink een cola uit eigen voorraad. Ik neem er maar even de tijd voor, want sinds mijn vertrek uit Vicht zijn er al twee uren verstreken.
Na de pauze gaat het naar het noorden om na Schinveld weer Duitsland in te rijden. Ik gebruik een kort stuk A46 naar het oosten tot Ratheim en verlaat hem daar weer om naar het noorden te rijden. Bij Niederkrüchten kruis ik de A52 op weg naar het noorden en ga dan ik Kaldenkirchen op zoek naar mijn lunch.
Na mijn motor geparkeerd te hebben loop ik de voetgangerszone in op zoek naar een bakker. Ik loop wat te dwalen door het centrum maar zie geen bakker. Osmand geeft raad, er moeten er twee in de buurt zijn. Kamps is een bekende bakkerij, maar waar deze zich zou moeten bevinden is nu een zaak met Poolse artikelen. De tweede is iets buiten het centrum, maar wel eenvoudig te vinden met behulp van Osmand. Deze bakkerij heeft helaas geen terras, dus koop ik een broodje en koffie to-go.
In het centrum neem ik plaats op een muurtje en gebruik mijn lunch. Ook zet ik daar de ritsen van mijn jas en broek open om zodoende een doorwaai pak te creëren doordat ik dan diverse “panelen” van de jas en broek weg kan vouwen. Zo kan de wind door het gaas en blijft de protectie van het pak intact.
Daar vandaan verder naar het noorden tot Geldern, vervolgens naar het noordoosten om bij Wesel de Rhein nog een keer over te steken. Deze route vind ik erg tegenvallen, het stikt er namelijk van de verkeerslichten!
Via de noordoostelijke oever van de Rhein rijd ik naar Emmerich am Rhein waar ik nog wat wil drinken. Aangezien ik deze reis nog niet bij een McDonald’s ben geweest, moet het dan nu maar gebeuren. De thermometer gaf onderweg een buitentemperatuur aan van 27 graden, binnen is het heerlijk koel. Ik drink daar een cola en maak nog maar even gebruik van het toilet. Ik heb dus nog niet al het vocht via transpiratie verloren.
Aangezien ik ook nog relatief goedkoop wil tanken, rijd ik vanaf de Mac naar het Shell-tankstation in Emmerich. Daarna nog een paar kilometer op Duits grondgebied en dan ben ik in Babberich weer in Nederland aangekomen. Bij Zevenaar schiet ik de A12 op naar het westen, laat de A348 en de A50 rechts liggen, maar neem de A30 naar het noorden om even later de inrit van ons huis op te rijden om Paulette weer te begroeten.
Het is weer gelukt om na vier dagen sturen heelhuids thuis aan te komen. Mijn trouwe motorfiets heeft dan net de kilometerteller over de 70.000 gezet, waarvan ik er zelf minimaal 65.000 zelf heb gereden in de negen jaar dat ik hem in bezit heb.